Het lijkt nu waarschijnlijk dat de zionistische staat tegen het einde van dit jaar 2023 de koers van de oorlog die het tegen de Gazastrook is begonnen zal wijzigen en een nieuwe fase zal ingaan. De inleidende eerste fase van intense, waanzinnig moorddadige bombardementen in de onmiddellijke nasleep van Operatie ‘Al-Aqsa Flood’ werd gevolgd door een tweede fase van grondinvasie die zich richtte op het noorden van de Gazastrook, en een derde fase waarin de invasie zich verplaatste naar het zuidelijke deel, met de nadruk op Khan Yunis.
Rafah werd relatief gespaard, zodat het kon dienen als toevluchtsoord voor de bevolking van Gaza totdat de zionistische leiders, in het licht van de situatie ter plaatse en op internationaal niveau, beslissen welk lot ze het zwaar getroffen gebied moeten proberen op te leggen. Het was al vroeg duidelijk dat de huidige invasie bepaald zou worden door ‘wat het Israëlische leger kan bereiken voordat een combinatie van verlies aan personeel en internationale druk het dwingt om te stoppen.’
De voorbereidende bombardementsfase duurde drie weken. Dat was in de eerste plaats te wijten aan de verrassing die de Israëlische legerleiding trof. Die was niet voorbereid op een invasieoorlog zoals die door de Zionistische regering werd besloten als reactie op de ‘Al-Aqsa Vloed’ en had dus tijd nodig om zich voor te bereiden en te plannen voor de huidige agressie. De tweede reden is dat, net als de legers van de meeste rijke landen, de Israëlische strijdkrachten laf zijn geworden (wat de bekende Israëlisch-Amerikaanse militair analist Edward Luttwak ‘post-heroïsch’ noemde), vooral wanneer ze geconfronteerd worden met verzet van strijders die bereid zijn te sterven. De Israëlische bezettingstroepen proberen daarom oorlogen te voeren met de laagst mogelijke menselijke kosten in hun gelederen, door heel uitgebreid gebruik te maken van oorlogsvoering op afstand.
Als het aankomt op het binnenvallen van stedelijke gebieden, zoals het geval is in Gaza, is het gevolg van die laatste overweging een enorm intensieve vernietiging en een enorm verlies aan burgerlevens onder de lokale bevolking. Dat is inderdaad de reden waarom de huidige agressie zo’n genocidaal karakter heeft gekregen met tot nu toe ongeveer twintigduizend gedode Palestijnen, waarvan de overgrote meerderheid burgers, naast enkele duizenden vermisten onder het puin. Het Israëlische leger van zijn kant heeft volgens bronnen slechts 125 soldaten verloren.
Zelfs als het aantal Israëlische verliezen het huidige officiële aantal aanzienlijk zou overschrijden, vooral omdat het aantal gewonden veel groter is dan het aantal doden en er veel zwaargewonden onder zijn, geldt hetzelfde voor de gewonde Palestijnen, om nog maar te zwijgen van het aantal indirecte slachtoffers van de invasie en de dodelijke belegering die ermee gepaard gaat. De huidige oorlog levert dus een record in de geschiedenis van oorlogen als het gaat om de wanverhouding tussen het aantal doden aan beide kanten. Tot op zekere hoogte lijkt het op het eenzijdige gebruik van een massavernietigingswapen in een bevolkt gebied.
Het zionistische leger was in staat om het grootste deel van de noordelijke helft van de Gazastrook in handen te krijgen nadat het de meeste gebouwen had verwoest, de meeste mensen op de vlucht had gejaagd en een angstaanjagend percentage van hen was gedood. Het richt nu zijn inspanningen op het verscherpen van de controle over de zuidelijke helft ‒ de noordelijke en oostelijke delen in het bijzonder. Dat gebeurt terwijl het wereldwijde protest dat wordt uitgelokt door de indrukwekkende omvang van het doden en vernietigen door het zionistische leger escaleert, terwijl de sympathie voor de Israëli’s die volgde op de ‘Al-Aqsa Vloed’ geleidelijk verzwakt, ondanks de propaganda-inspanningen om die sympathie nieuw leven in te blazen.
Dat heeft geleid tot een groei van de internationale druk op de zionistische regering om af te zien van verder grootschalig moorden en vernietigen. Bij die druk heeft zich nu de enige regering gevoegd wiens standpunt Israël zich niet kan veroorloven om te negeren, die van de Verenigde Staten, haar partner in de oorlog tegen Gaza zonder wiens militaire en politieke steun een oorlog van deze intensiteit over een dergelijke periode niet mogelijk zou zijn geweest.
De bezettingstroepen zullen daarom gedwongen zijn om de invasie en de zware bombardementen over een paar dagen te stoppen en over te gaan naar een vierde fase waarin ze ernaar zullen streven om de controle over het binnengevallen gebied, dat is het grootste deel van de Gazastrook, te verscherpen door middel van een ‘minder intensieve oorlog’ die erop gericht is om al het resterende verzet in die gebieden uit te roeien en het netwerk van tunnels dat eronder ligt te vernietigen. Israël weet dat de VS en andere Westerse regeringen zo’n vierde fase van ‘oorlog met lagere intensiteit’ zullen blijven steunen, omdat ze vanaf het begin hun steun hebben uitgesproken voor het doel om ‘Hamas’ uit te roeien, dat sinds de ‘Al-Aqsa Vloed’ wordt vergeleken met ISIS.
Het doel op langere termijn, waarvan de aard van de vijfde fase afhangt, zal op zijn beurt worden bepaald door de mate van succes van het zionistische leger in het verscherpen van zijn controle over de in beslag genomen gebieden en Israëls vermogen om door te gaan met het uitvoeren van de ‘Tweede Nakba’ door de terugkeer van een groot deel van de Palestijnse bevolking naar die gebieden te voorkomen ‒ opdat ze niet opnieuw zouden veranderen in broeinesten van verzet die het bezettingsleger uitputten.
Vanuit Israëlisch gezichtspunt variëren de vooruitzichten nu tussen het extreemrechtse zionistische scenario, dat oproept tot annexatie van de Gazastrook met de ontwikkeling van kolonisatie aldaar, en het scenario dat wordt opgelegd door het machtsevenwicht van de leiders van de zionistische staat, dat kan worden vergeleken met een herhaling in de Gazastrook van de situatie op de Westelijke Jordaanoever.
Het Israëlische bezettingsleger zou dus een grote strategische veiligheidsgordel controleren binnen de Gazastrook langs de grenzen van de strook, vergelijkbaar met zijn controle over de Jordaanvallei, en andere buffergebieden onderhouden tussen bevolkte gebieden die een gelegenheid zouden bieden voor de vestiging van een nederzettingenbeweging, vergelijkbaar met die in ‘Gebied C’ op de Westelijke Jordaanoever. De nominale heerschappij over de rest van de Gazastrook zou worden gegeven aan een Palestijns leiderschap waarvan de identiteit nog steeds wordt betwist door de Israëlische regering enerzijds en Washington en zijn bondgenoten anderzijds.
De regering Biden wil namelijk de macht in de Gazastrook teruggeven aan de in Ramallah gevestigde ‘Palestijnse Autoriteit’ nadat deze ‘nieuw leven’ is ingeblazen, zoals de Amerikaanse president heeft gevraagd (hoe dat moet gebeuren is nog steeds onduidelijk voor iedereen, inclusief Biden zelf en zijn regering). Aan de andere kant weigeren Netanyahu en zijn bondgenoten van extreemrechts zionisme de oprichting van één autoriteit die over de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook regeert, om niet onder druk te worden gezet om toe te geven aan het uitroepen van een ‘Palestijnse staat’. Dat ondanks het feit dat een staat die onder zulke omstandigheden wordt opgericht in werkelijkheid niet meer kan zijn dan een staatje dat beroofd is van soevereiniteit over fundamentele zaken en daarom in wezen niets anders is dan een voortzetting van de bezetting.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Al-Quds al-Arabi. Nederlandse vertaling: redactie Grenzeloos.