Uitgedaagd door de overwinning van de verenigde oppositie in de verkiezing voor de burgemeester van Istanboel, wordt President Erdogan nu geconfronteerd met een serieuze crisis in zijn relaties met de Verenigde Staten.
Lessen uit de nederlaag?
Zou Erdogan in staat blijken lessen te trekken uit zijn nederlaag in de verkiezingen van 23 juni, na het arbitrair schrappen van de verkiezingen voor het burgemeesterschap van 31 maart? Zou hij proberen de redenen voor de reacties op zijn politiek binnen zijn eigen electorale basis te begrijpen, in de eerste plaats onder jongeren? Erdogans antwoorden op deze vragen verbaasden niemand.
Bovenop de verschillende ‘wraak’ processen tegen heel wat journalisten, activisten, academici en leiders van de Koerdische beweging, kwam er een rechtszaak tegen Canan Kaftancioglu, voorzitser van de CHP in Istanboel. Inderdaad, vijf dagen na de verkiezingen verscheen zij in de rechtbank op beschuldiging van het beledigen van de president, terroristische propaganda, belediging van de Turkse staat en het oproepen van mensen tot haat en verdeeldheid. Dit alles gebaseerd op tweets, waarvan sommige jaren geleden geschreven. Maar het echte motief is duidelijk: degene straffen die beschouwd wordt als de ‘architecte’ van de overwinning van Ekrem Imamoglu, de kandidaat die gesteund werd door de oppositie in Istanboel. Zij riskeert tot 17 jaar gevangenisstraf…
De politieke autoriteiten proberen ook het beheer van de stad door de CHP te verhinderen, in het bijzonder door de weigering van de met de AKP verbonden leiders van de bedrijven die verbonden zijn met de gemeente om ontslag te nemen uit hun functies. Kort geleden maakten ze uiteindelijk hun aftreden bekend, maar de meerderheid in de gemeenteraad voor het blok AKP-MHP (extreemrechts) betekent een permanent obstakel voor het beheer van de stad.
Wanorde in de rangen van de AKP
De voormalige Minister van Economie en vicevoorzitter van de AKP Ali Babacan nam eindelijk ontslag uit zijn partij om de vorming van een nieuwe pro-Westerse politieke formatie te versnellen. Door Erdogan ervan beschuldigd “de Ummah (geloofsgemeenschap) te verdelen”, wil Babacan, gesponsord door voormalig President Abdullah Gül en met de steun van voormalige kopstukken van de partij, een nieuwe politieke beweging opbouwen gebaseerd op het pro-Europese discours van de AKP in haar beginjaren.
Babacan’s relaties met het Westen en in het bijzonder met de investeerders worden voorgesteld als een uitweg uit de dubbele economische en politieke crisis op basis van een liberale agenda voor democratisering en het herstel van de internationale relaties. Dit zou betekenen dat de Turkse staat opnieuw aanknoping vindt bij de belangen van het Westerse imperialisme.
Het is momenteel moeilijk in te schatten welk effect zulke partij kan hebben op de publieke opinie. Vooral omdat de voormalige Eerste Minister Ahmet Davutoglu ook op het punt staat een nieuwe partij te lanceren. Maar als Erdogan er niet in slaagt de trend naar desintegratie van zijn basis om te keren, wat moeilijk lijkt gelet op de steeds dieper wordende economische crisis, zou een Babacan met internationale steun wel eens een stevige slag kunnen geven aan zijn voormalige leider.
De militaire breuk met de VS
De aankoop van Russische S-400 luchtafweerraketten resulteerde uiteindelijk in een concrete reactie van de VS na maanden van dreigementen. Twee weken na het leveren van de Russische raketten besliste het Amerikaanse Ministerie van Defensie Turkije uit te sluiten van het F-35 gevechtsvliegtuigen programma. Dit betekent dat Ankara niet in staat zal zijn de 100 gevechtsvliegtuigen te verwerven waarvoor al 1,4 miljard $ werd betaald, noch dat het verder verschillende honderden vervangingsonderdelen voor de vliegtuigen mag blijven produceren (wat verondersteld werd 11 miljard $ op te brengen).
Dit is het gevolg van de veranderde opstelling in de buitenlandse politiek en de toenadering van de Turkse staat tot Rusland die een aanvang vond na de couppoging in 2016, een couppoging die volgens het regime gesteund werd door de VS en na de alliantie van Washington met de Koerdische krachten in Syrië in de strijd tegen Daesh.
Momenteel lijkt de strategie van Erdogan om zijn relaties met de verschillende internationale actoren verder te zetten en hun tegengestelde belangen te gebruiken om zijn eigen manoeuvreerruimte te vergroten (allemaal gepaard met de nodige anti-i;perialistische rethoriek) haar limieten te bereiken. Dezee breuk met de VS – zelfs als Trump er geen voorstander van lijkt te zijn – zou de afhankelijkheid van Ankara van Moskou moeten vergroten. Moskou zal hoogstwaarschijnlijk tevreden zijn dat het zulk conflict binnen de NATO heeft veroorzaakt.
Uraz Aydin is actief bij Yeniyol, de Turkse afdeling van de 4e Internationale. Hij is een van de vele academici die ontslagen werden omwille van de ondertekening van de petitie voor vrede met het Koerdische volk in de repressiegolf na de couppoging van 2016.
Zo lang er particratie zal zijn zal er geen DEMOCRATIE zijn.
En nog allerminst als partijen eigenlijk de behuizing zijn ( in afwachting) van dictatuur in de maak!