De acties van Chileense vrouwen tegen geweld tegen vrouwen hebben in de hele wereld de aandacht getrokken en navolging gekregen. Maar de protesten begonnen niet in november, maar al in maart.

De demonstratie en staking van vrouwen in Chili in maart van dit jaar was het grootste protest sinds het begin van de jaren negentig, georganiseerd vanuit het niets en zo inclusief mogelijk. Ze hadden veel om over te protesteren: leven, dood en inkomen.

Meer dan 350.000 mensen trokken op 8 maart door het centrum van Santiago om de Internationale Vrouwendag en de eerste feministische staking in Chili te vieren. De meesten waren jonge vrouwen, sommigen hadden hun partner en kinderen meegebracht. Onder het toeziend oog van de Carabineros, de Chileense nationale politie, zongen, dansten en schreeuwden ze. Zwerfhonden volgden de vrolijke maar boze demonstratie.

Er waren mensenrechtenactivisten en vrouwen die de militaire dictatuur van generaal Augusto Pinochet, van 1973-89, hadden overleefd. Velen, zoals Alicia Lira, hoofd van de Agrupación de Familiares de Ejecutados Políticos (AFEP, familieleden van geëxecuteerde politici), droegen foto’s van vermiste vrouwelijke familieleden: ‘De redenen waarom de dictatuur hen vermoordde zijn precies dezelfde als de redenen waarom wij nu demonstreren: zij wilden een vrije en gelijkwaardige samenleving opbouwen’.

Er waren leuzen over geweld tegen vrouwen, discriminatie van lesbiennes en transseksuelen, slechte omstandigheden voor vrouwelijke migranten en voor gelijke beloning. Naast ngo’s waren er maatschappelijke organisaties, vakbonden en Mapuche-vrouwen in inheemse kleding, die protesteerden tegen de onderdrukking van hun bevolking. Een studente droeg een bord met de tekst ‘Bevrijd mijn eierstokken: maak abortus tot een recht, veilig en gratis’. Vrouwen uit volkswijken, georganiseerd via het Ukamau-netwerk, eisten het recht op huisvesting. De Brood- en Rozenbeweging, die nauwe banden heeft met de kleine Partido de Trabajadores Revolucionarios (PTR, Revolutionaire Arbeiderspartij), en enkele linkse leden van het nationale congres waren aanwezig. Op de kop van de demonstratie liep een groot spandoek dat protesteerde tegen de toenemende bestaansonzekerheid.

Het was een spontane actie

De conservatieve activiste Javiera Rodríguez zei: ‘Het is typisch voor linkse groepen en marxisten. Ze zeggen dat ze mensen bij elkaar willen brengen, maar uiteindelijk brengen ze alles in de war. Ze begonnen met roepen om een demonstratie op Internationale Vrouwendag. Toen werd het een demonstratie voor ‘onderdrukte’ vrouwen, voor ‘werkende’ vrouwen, enzovoort. De mensen die uiteindelijk de straat opkwamen, ontdekten dat ze voor pensioenhervorming en tegen pensioenfondsen, voor het recht op abortus en het homohuwelijk demonstreerden’.

Rodríguez viel in 2018 op tijdens de feministische bezetting van haar universiteit, toen ze een spandoek met de tekst ‘Nee tegen intimidatie op de Katholieke Universiteit’ (in Santiago) neerhaalde: ‘Ik kon het beeld dat deze slogan over onze universiteit gaf niet accepteren. Het was een spontane actie. Ik haalde het spandoek naar beneden en ik daagde de bezetters uit. Ik vertelde ze voor de tv-camera’s wat ik dacht. Ik deed het uit respect voor de orde en voor onze instellingen. Sommige mensen zullen zeggen dat ik een fascist ben, maar dat kan me niet schelen.’

Maar de organisatoren van de demonstratie van 8 maart vonden het succes historisch, zij het onverwacht. Het was een van de grootste demonstraties sinds 1990, toen in Chili de overgang naar de democratie begon; 800.000 mensen demonstreerden in meer dan 60 steden door het hele land, waaronder kleine provinciesteden die in 30 jaar tijd iets dergelijks niet hadden gezien.

Het succes was des te verrassender omdat Chili een conservatief land is met een burgerlijk wetboek dat dateert uit 1855. Scheiding werd pas in 2004 gelegaliseerd en abortus werd (gedeeltelijk) gedecriminaliseerd in 2017, na tientallen jaren van tegenwerking door de grote politieke partijen en de katholieke kerk.(1)Abortus is alleen toegestaan in geval van verkrachting, direct gevaar voor de moeder of niet-levensvatbaarheid van de foetus.

Een paar dagen vóór de demonstratie was er al een reactie vanuit de regering. President Sebastián Piñera (een in 2017 herkozen multimiljonair en zakenman die eerder al van 2010-2017 president was) verscheen op een van de vele particuliere televisiekanalen die hem steunen en riep op tot kalmte: ‘Het is verkeerd om de nobele zaak van volledige gelijkheid van rechten en plichten tussen mannen en vrouwen te kapen. Ik denk dat een staking niet nodig is, omdat onze regering de feministische zaak tot haar eigen zaak heeft gemaakt.’

Zijn nervositeit kan zijn voortgekomen uit herinneringen aan de studentendemonstraties in 2018, tegen seksuele intimidatie en voor niet-seksistisch onderwijs. De universiteiten werden bezet en met tegenzin gedwongen om problemen te erkennen die vele jaren teruggingen. De bekende faculteitsleden werden als doelwit genomen en sommige werden geschorst, waaronder de voormalige voorzitter van het Constitutioneel Tribunaal. Zelfs de eerbiedwaardige Pauselijke Katholieke Universiteit van Chili in Santiago (de thuisbasis van de ‘Chicago-Boys’ die Pinochet adviseerden tijdens de militaire dictatuur) werd bezet. Dat was sinds 1986 niet meer gebeurd, en Rodríguez was boos.

De eisen van vrouwen hebben oude wortels

De feministische mobilisatie van dit jaar was veel kleiner dan de grote studentendemonstraties van 2011, tijdens Piñera’s eerste ambtstermijn.(2) Zie Hervé Kempf, ‘Chile’s southern spring’, Le Monde diplomatique, Engelse editie, november 2011. Degenen die toen de straat opgingen en degenen die gehoor gaven aan de oproep voor een feministische staking op 8 maart, wilden dat Chili breekt met het verschrikkelijke erfgoed van de militaire dictatuur. Opeenvolgende Concertación-regeringen [een centrumlinkse coalitie van de Socialisten (PS), de Partij voor de Democratie (PDD) en de Christendemocraten (PDC)] hebben dit gedurende twee decennia dat ze aan de macht waren (1990-2010) niet gedaan.

Maar de eisen van de huidige feministen hebben oudere wortels. Historica Luna Follegati: ‘De feministische beweging is nooit verdwenen, ondanks de ups en downs in haar zichtbaarheid. In plaats van ‘golven’ zijn er drie belangrijke periodes geweest. Vanaf het begin van de 20e eeuw tot de jaren 50 richtte zij zich op politieke en burgerlijke eisen (met name het stemrecht, dat in 1949 werd verworven). In de jaren tachtig verzetten de vrouwen van de arbeidersklasse zich fel tegen de dictatuur. En in de afgelopen jaren heeft de strijd zich gericht op kwesties van seksuele diversiteit, queer theory, enzovoort.’

De machtige Pro-Emancipatie Beweging van Chileense Vrouwen (MEMCH), oorspronkelijk actief van 1935 tot 1953, eiste via stakingen het recht op anticonceptie en abortus, de legalisering van echtscheiding en gelijke beloning. De oprichters van de MEMCH, waaronder Elena Caffarena en Olga Poblete, hielpen de organisatie in 1983 weer op te richten om het militaire regime te bestrijden. Daarnaast sloten politicologe Julieta Kirkwood en architecte Margarita Pisano zich aan, die met de slogan ‘Democratie in het land, thuis en in bed’ kwamen.

De democratische overgang in 1989-90 hield het economische model van de dictatuur en de grondwet van Pinochet in stand. De afname van kritische stemmen maakte ook de opkomst mogelijk van de ‘consensusdemocratie’, die door Chileense werkgevers zo geprezen wordt. De feministische beweging, die geleidelijk aan haar focus verloor, dwaalde af in het genderbeleid en beperkte zich tot hervormingen die verenigbaar waren met de ideologie van de heerschappij van de markt, waartoe veel progressieven zich bekeerden. Sommige vrouwen slaagden erin het hoogste niveau in de staat te bereiken zolang ze de status quo niet verstoorden; onderaan zagen vrouwen uit de arbeidersklasse en inheemse volken geen verbetering in hun situatie.

Moeder van alle Chilenen

De socialiste Michelle Bachelet, een slachtoffer van de dictatuur, agnost en vrijgezel, werd in de jaren 2000 minister en in 2006 de eerste door het volk gekozen vrouwelijke president van Zuid-Amerika. Ze werd in 2014 herkozen en speelde haar imago als ‘moeder van alle Chilenen’ uit. Maar ze deed niets om de feministische zaak te bevorderen zoals ze ook niet brak met het sociaal liberalisme van haar politieke clan. ‘Ze heeft in haar eerste termijn bijna niets bereikt’, zei Gael Yeomans in haar kantoor in de arbeidersgemeente San Miguel.

Yeomans is lid van de linkervleugel van het Frente Amplio (het Brede Front), een coalitie opgericht in 2017, die politieke bewegingen van het centrum tot uiterst links samenbrengt, waaronder een aantal uit de studentenbeweging van 2011. ‘Tijdens de tweede termijn van Bachelet’, zei ze, ‘was er één positieve maatregel: de invoering – eindelijk! – van een ministerie voor Vrouwenzaken en Gendergelijkheid. Maar het ministerie kreeg het budget, noch de politieke aandacht die het nodig had om op alle terreinen van de samenleving effectief te zijn. Zelfs de wet inzake geweld tegen vrouwen werd verwaarloosd en uiteindelijk heeft rechts zich het initiatief toegeëigend’.

De Vrouwenagenda, een wetgevingspakket dat Piñera in mei 2018 lanceerde, combineerde een conservatieve visie (waarbij vrouwen meestal werden gereduceerd tot de rol van de moeder) met economisch neoliberalisme. Het riep op tot een gelijke vertegenwoordiging in de raden van bestuur van ondernemingen en een universeel recht op kinderopvang voor vrouwen met een stabiel arbeidscontract (dat de reikwijdte ervan beperkt in een land waar precaire werkgelegenheid wijdverbreid is, in het bijzonder onder vrouwen). Minder dan de helft van de Chileense vrouwen heeft betaald werk en 31% heeft geen contract of een sociale- of ziektekostenverzekering, of het recht om zich bij een vakbond aan te sluiten.(3)Nationaal Instituut voor de Statistiek van Chili, Santiago, oktober-december 2017.

De president zegt vaak dat hij de ‘rechten van de vrouw’ steunt (een enkelvoud dat de neiging heeft om vrouwen tot louter een idee te reduceren), maar hij houdt niemand voor de gek: hij staat bekend om zijn vrouwvijandige uithalen, die gedurende zijn hele carrière in de media zijn gekomen. Hij staat ook onder druk van zijn partners in de coalitieregering, nu een minderheid in het parlement, waaronder leden van Opus Dei, anti-abortusactivisten en voormalige aanhangers van Pinochet.

Rechtse leden van het nationale congres hebben het Constitutionele Hof ervan overtuigd dat zowel instellingen als individuen gewetensbezwaren tegen abortus kunnen hebben. De gezondheidszorg in Chili is voornamelijk in particuliere handen en wordt verzorgd door religieuze organisaties en een kliniek kan nu verklaren dat er in haar gebouwen geen abortussen zullen worden uitgevoerd, waardoor zij zich kan verontschuldigen voor het niet naleven van zowel het nationale als het internationale recht.

Niet één minder!

De Chileense feministische beweging is niet alleen bezorgd over de binnenlandse situatie. Het is een basisbeweging, gedreven door straatdemonstraties en ze herkent zichzelf in de oproepen tot een vrouwenstaking in Polen in oktober 2016, in de massademonstraties in Madrid na de vrijlating van de wegens verkrachting veroordeelde mannen in 2018, en in de geschriften van Silvia Federici, Cinzia Arruzza, Nancy Fraser en Tithi Bhattacharya.

Maar de belangrijkste betrokkenheid is met Latijns-Amerika: de groene sjaals, die de strijd voor het recht op abortus in Argentinië vertegenwoordigen, zijn de Andes overgestoken, net als de slogan ‘¡Ni una menos!’. (Niet één minder), waarin de moord op vrouwen aan de kaak wordt gesteld. Dit zuidelijke feminisme is gebaseerd op de ervaring die sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw is opgedaan met conferenties in Zuid-Amerika, hoewel deze worden gekenmerkt door toenemende verdeeldheid. Er is een gemeenschappelijke wil om te protesteren tegen de moorden op vrouwen in Ciudad Juárez (Mexico), San Salvador en Guatemala.

Het coördinatiecomité voor de demonstratie van 8 maart werd begin 2018 in Santiago opgericht en heeft later contact gelegd met andere organisaties in de provincies. Lokale vrouwenvergaderingen stelden programma’s voor het in beweging brengen van mensen op. Een jaar later heeft het comité nog steeds geen kantoren, maar zijn er wel meer dan 60 organisaties bijgekomen.

Er werden werkcomités voor sociale coördinatie, communicatie en logistiek opgericht en de woordvoerders werden bij toerbeurt gekozen om de leeftijd, de seksuele geaardheid, de sociale achtergrond en het standpunt van de verantwoordelijken te laten variëren. ‘We wilden ons losmaken van het mannelijke, patriarchale organisatiemodel, dat je zelfs bij links in de politiek aantreft,’ zei een activiste. Stakingscomités in buurten, posts op sociale netwerken en werving op straat door feministische brigades droegen allemaal bij aan het succes van de demonstratie op 8 maart.

Alondra Carillo, een woordvoerster van de beweging, vertelde me dat het idee van een feministische staking naar voren kwam ‘juist omdat het stakingsrecht voor niemand gegarandeerd is. Ons doel was om stakingen als politiek instrument te rehabiliteren’. Door de arbeidswetgeving die de dictatuur in 1979 heeft aangenomen, is het recht om te stoppen met werken voor alle werknemers tot een minimum beperkt, evenals de vrijheid om zich te verenigen. Deze restrictieve wetgeving betekent dat de meeste stakingen van werknemers die nog steeds in actie durven te komen, onwettig worden verklaard en dat werknemers in de publieke sector volledig verstoken blijven van dit grondrecht. Carillo zei: ‘Het idee van een staking impliceerde ook de betrokkenheid van zowel vrouwen als mannen, zelfs als vrouwen de hoofdrol zouden spelen… en mannen steun zouden bieden door het organiseren van eten en drinken en kinderopvang’.

Honderden vrouwen raakten betrokken ondanks hun verschillen. Sommigen wilden uitsluitend in vrouwen-omgevingen (zonder mannen) werken, anderen verzetten zich hiertegen. Sommigen wilden contact leggen met politieke partijen, de staat en de media, anderen vonden dit te riskant.

Legaal, veilig en gratis

De Conferentie ‘Vrouwen in Strijd’ in december 2018 bracht 1.200 vrouwen uit heel Chili samen, die de oproep tot een staking formuleerden. Volgens Carrillo is het programma dat de conferentie heeft opgesteld erop gericht het feminisme in alle aspecten van de sociale beweging te integreren, met eisen voor ‘niet-commerciële, niet-seksistische, anti-koloniale en seculiere opvoeding’; voor de erkenning van het recht op zelfbeschikking van inheemse volken; voor de erkenning van het recht op abortus als ‘legaal, veilig en gratis’, en voor de ‘stopzetting van het politieke, seksuele en economische geweld tegen vrouwen’.

Volgens officiële cijfers wordt bijna een derde van de Chileense vrouwen minstens één keer in haar leven seksueel misbruikt. Het Chileense netwerk tegen geweld tegen vrouwen veroordeelt al jaren het feit dat in Chili wekelijks gemiddeld één vrouw door een man wordt gedood (en dat wordt niet noodzakelijkerwijs als femicide beschouwd). Activisten stellen dit gelijk aan het geweld van het neoliberale kapitalistische economische model. Carillo en haar kameraden nemen een standpunt in tegenover de huidige regering en het huidige beleid en wijzen op de raakvlakken tussen gender, ras en klassenoverheersing.

Vrouwen behoren tot de grootste verliezers in het ultrakapitalistische economische model van Chili: Chili heeft een 45-urige werkweek, 70% van de werknemers verdient minder dan 825 dollar per maand en vrouwen krijgen 30% minder betaald dan mannen. Ze worden gediscrimineerd door ziektekostenverzekeringen vanwege de mogelijkheid dat ze zwanger worden. Chili vertrouwt de pensioenen sinds de jaren tachtig volledig toe aan pensioenfondsen, op initiatief van José Piñera, broer van de huidige president en minister van Arbeid onder de dictatuur.

De coördinerende commissie heeft te maken met kritiek vanuit Chili en daarbuiten, waardoor haar streven naar eenheid wordt bedreigd. Mapuche dichteres Daniela Catrileo, lid van het dekoloniale collectief Rangiñtulewfü, zei: ‘De dominante feministische beweging van vandaag is nauw verbonden met de studentenbeweging en de strijd tegen seksuele intimidatie op universiteiten… De racialisering van vrouwen, de eisen van het Mapuche-volk en het interne kolonialisme waren onvoldoende zichtbaar en er werd onvoldoende rekening mee gehouden. Wij stonden ook kritisch tegenover de oproep tot een ‘feministische staking’, omdat deze term, die vooral afkomstig is uit het Noorden en van Europese bewegingen, veel migranten en vrouwen met precaire banen dreigt uit te sluiten. Carrillo antwoordde: ‘We stelden vier manieren van actie voor: een staking op de werkplek, als de situatie van de werknemers dat toelaat; het stoppen van de zorg en onbetaald werk thuis; het stopzetten van de consumptie; en openbare demonstraties’.

Demonstratie was de kern van de  8 maart acties. De Central Unitaria de Trabajadores de Chile (CUT), de grootste vakbondsorganisatie, steunde de stakingsoproep niet, wat de beweging niet ten goede kwam. De CUT heeft een vrouwelijke voorzitter, de communiste Bárbara Figueroa, maar de leiding van de CUT is altijd terughoudend geweest om bewegingen te steunen die zij niet onder controle heeft. In sommige steden, waaronder de haven van Valparaiso, bleken echter militante vakbonden mee te doen die met repressie door de politie geconfronteerd werden. Ook andere organisaties van werknemers in de publieke sector (het College van Leraren van Chili en de Nationale Confederatie van Gemeentelijke Gezondheidswerkers) hebben zich ingezet.

We hebben vooruitgang geboekt

Karina Nohales, een experte op het gebied van arbeidsrecht, was blij met de vooruitgang die in slechts enkele maanden tijd werd geboekt, hoewel er nog steeds problemen waren, vooral bij het bereiken van de vele volkswijken (poblaciones), vrouwelijke migranten en laagbetaalde werknemers in Santiago. Het heersende beeld van feministen als voornamelijk blank en middenklasse maakt mensen terughoudend om mee te doen. ‘Maar,’ zei ze, ‘de feministische strijd is nu beter vertegenwoordigd in de poblaciones en een aantal vakbonden, vooral in sectoren [onderwijs, gezondheidszorg, overheid] waar een aanzienlijk deel van de werknemers vrouw is. Het doel van het coördinatiecomité is om een aanpak te vinden die alle vrouwen aanspreekt en die tegemoetkomt aan de verwachtingen van zowel vrouwen uit de arbeidersklasse en migranten, als van vrouwen die vaak als ‘middenklasse’ worden beschouwd, hoewel ze – vooral de jongeren – in het neoliberale Chili in werkelijkheid ondanks hun universitaire diploma’s tot hun nek in de schulden zitten.

De staking werd gezien als een grote stap voorwaarts. De commissie is van plan erop voort te bouwen, het stichtingsprogramma aan te vullen door het open te stellen voor discussie en de samenwerking in Chili en internationaal te versterken. Het doel is om bruggen te slaan naar vrouwelijke migranten, oudere vrouwen en minderjarigen, en bruggen te bouwen naar vrouwelijke gevangenen. Carrillo zei: ‘Het is een kwestie van laten zien dat feminisme een echte oplossing is, vooral in een tijd waarin extreemrechtse en reactionaire bewegingen in onze hele regio aan kracht winnen’.

Uit enquêtes blijkt dat de katholieke kerk in Chili gestaag terrein verliest en dat de pedofilie schandalen die door de kerkelijke hiërarchie onder het tapijt zijn geveegd, de situatie alleen maar erger hebben gemaakt. Ondertussen winnen de evangelische sekten terrein in de volkswijken. Die zijn niet allemaal fundamentalistisch (twee vrouwelijke predikanten hebben deelgenomen aan feministische bijeenkomsten). Sommige kleine groepen met fascistische neigingen vallen regelmatig – en met geweld – feministen, lesbiennes en transgenders aan. En door herschikkingen van politieke bewegingen zijn extreemrechtse politici in de media en bij verkiezingen naar voren gekomen, onder wie José Antonio Kast (Republikeinse Actiepartij), een criticus van de ‘gender-ideologie’. Kast is fel gekant tegen abortus en degenen die hij ‘kartonnen feministen’ noemt, en prijst de ‘echte Chileense vrouw’, die, zegt hij, een katholiek, een nationaliste en een huisvrouw is.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk in de Engelse editie van Le Monde Diplomatique. Nederlandse vertaling: redactie Grenzeloos.

Voetnoten

Voetnoten
1 Abortus is alleen toegestaan in geval van verkrachting, direct gevaar voor de moeder of niet-levensvatbaarheid van de foetus.
2 Zie Hervé Kempf, ‘Chile’s southern spring’, Le Monde diplomatique, Engelse editie, november 2011.
3 Nationaal Instituut voor de Statistiek van Chili, Santiago, oktober-december 2017.