De grote winnaar bij de recente verkiezingen in Rusland was de Communistische Partij, die bijna 20 procent van de stemmen kreeg. De partij wordt nu omgevormd door een nieuwe golf van democratisch-socialistische activisten die zich verzetten tegen het bewind van Vladimir Poetin.
De parlementsverkiezingen in Rusland van 17-19 september hebben opnieuw een nominale overwinning opgeleverd voor de partij Verenigd Rusland van president Vladimir Poetin. Het meest opmerkelijke resultaat was echter de grote toename van de steun voor de Communistische Partij van de Russische Federatie (KPRF), die met 19 procent van de stemmen op de tweede plaats eindigde.
Ondanks de gebruikelijke fraude in het voordeel van de bondgenoten van Poetin slaagde de KPRF erin een nieuw electoraat voor zich te winnen – vooral jonge mensen in grote steden die hun stem op de partij beschouwden als hun enige kans om nee te zeggen tegen de bestaande orde. Sinds de jaren negentig is het officiële programma van de KPRF geworteld in een mengsel van stalinisme, nationalisme en sociaaldemocratisch paternalisme. De laatste jaren is er echter een generatie jonge regionale leiders opgestaan binnen de KPRF, die zich meer is gaan richten op de retoriek van het verdedigen van democratische rechten, sociale gelijkheid en ecologie.
Een van de in dit opzicht meest veelzeggende delen van de verkiezingen was de campagne van Mikhail Lobanov, een zevenendertigjarige docent wiskunde aan de Staatsuniversiteit van Moskou. Mikhail werd genomineerd door de KPRF, maar profileerde zich als een onafhankelijke democratische socialist. Hij versloeg de Verenigd Rusland-kandidaat van Poetin met meer dan tienduizend stemmen (een marge van 12 procent), hoewel de uitslag vervolgens werd gemanipuleerd om hem de verkiezing tot parlementslid te ontzeggen.
De volksstemming voor kandidaten als Lobanov was niettemin een echte doorbraak voor radicaal links – een bewijs van haar vermogen om zelfs in de moeilijke politieke omstandigheden in het huidige Rusland uiting te geven aan het ongenoegen van het volk. Activisten van de Russische Socialistische Beweging en een aantal andere radicaal-linkse groeperingen die traditioneel kritisch staan tegenover de KPRF, speelden bijvoorbeeld een belangrijke rol in zijn verkiezingscampagne.
Ilya Budraitskis, een linkse politieke schrijver in Moskou, lid van de 4e Internationale, sprak met Mikhail Lobanov over het resultaat.
Vertel ons eens iets over je politieke achtergrond.
Op school las ik graag geschiedenisboeken, maar dat waren slechts historische romans, vermengd met meer wetenschappelijke boeken. Op de universiteit, waar ik wiskunde studeerde, bracht ik mijn vrije tijd door in bibliotheken en boekhandels en door het lezen van fictie besloot ik dat ik Marx, Lenin en Trotski moest lezen. Ik pikte bijvoorbeeld De verraden revolutie (van Trotski) op in de bibliotheek van de Moskouse Staatsuniversiteit [MSU].
In 2006 nam ik deel aan een marxistisch studentenseminarie dat op MSU werd gehouden door activisten van de socialistische beweging Vpered [Voorwaarts, de Russische afdeling van de Vierde Internationale]. Anderhalf jaar lang nam ik met Vpered deel aan verschillende acties tegen de commercialisering van het onderwijs en ter verdediging van arbeidsrechten. Partijvergaderingen werden gehouden in het kantoor van de Russische Vakbondsfederatie en zo leerde ik de Russische onafhankelijke vakbonden kennen.
Waardoor ontstond een groep activisten aan de Staatsuniversiteit van Moskou?
We waren op zoek naar strijdpunten binnen de universiteit. In 2009 wilde de directie de regels voor toegang tot de slaapzalen aanscherpen. We begonnen een protestcampagne, zamelden zeventienhonderd handtekeningen in en slaagden er uiteindelijk in om deze nieuwe regels geannuleerd te krijgen. Het resultaat van deze drie weken durende campagne was dat we een kern van universiteitsactivisten vormden, zo’n dertig mensen. We losten alledaagse problemen op, maar het was duidelijk dat dit niet genoeg was om ons naar een hoger organisatieniveau te tillen.
We begonnen toen samen te werken met de afdeling van de Communistische Partij op de universiteit, waarvan zowel docenten als studenten deel uitmaakten. In 2011 besloot het bestuur om de regels voor de slaapzalen weer aan te scherpen en we slaagden erin om een heel krachtige en succesvolle protestactie te organiseren. Honderden mensen waren er direct bij betrokken en onze kern werd groter. Net op dat moment begonnen de grootschalige protesten na de Doema-verkiezingen, die waren vervalst in het voordeel van Poetins Verenigd Rusland. Op universitair niveau culmineerde dit in een strijd tussen onze eigen Initiatiefgroep en de officiële MSU Studentenraad, die nauw verbonden was met de regerende partij.
We waren ook actief betrokken bij de onafhankelijke waarneming bij de parlementsverkiezingen en in het stembureau in het hoofdgebouw van de MSU hebben we Verenigd Rusland zwaar verslagen, ondanks de mobilisatie van bestuursmedewerkers.
We namen ook actief deel aan alle protestmanifestaties van 2011-2012 in Moskou en veel studenten die wel kwamen protesteren maar zich nog niet wilden aansluiten bij een bepaalde politieke beweging, sloten zich aan bij ons contingent.
Deze ervaring heeft er onder meer toe geleid dat de Russische Vakbondsfederatie de oprichting van de vakbond Universiteitssolidariteit aan de orde heeft gesteld. Zo begonnen we via de vakbond groepen studenten en docenten aan andere universiteiten te helpen. We waren ook actief betrokken bij campagnes voor het behoud van het park rond de MSU-gebouwen, dat voortdurend de belangstelling van projectontwikkelaars wekte. Hierdoor kwamen we in contact met gemeenteraadsleden en buurtbewoners die actief betrokken waren bij buurtkwesties. We hielden gezamenlijke bijeenkomsten, vooral in de wijk Ramenki. De universiteitsautoriteiten probeerden me twee keer te ontslaan voor deze activiteiten, in 2013 en in 2018.
Hoe kwam je op het idee om je dit jaar verkiesbaar te stellen?
In de afgelopen tien tot vijftien jaar is een heel breed netwerk van contacten ontstaan, ook met de universitaire tak van de KPRF. Bij bijna elke lokale verkiezing werd ik uitgenodigd om me kandidaat te stellen voor de KPRF. Maar ik weigerde omdat dit ver af stond van mijn eigen prioriteit van hoger onderwijs – aangezien dit valt onder de federale wetten en de begroting die door de Russische Staatsdoema worden goedgekeurd.
In 2020 bleek uit de communicatie met de KPRF-leden op de universiteit dat ze bereid waren me een nominatie voor de Staatsdoema aan te bieden. En ik had het gevoel dat als ik naar het MSU-district ging en de connecties mobiliseerde die ik had opgebouwd, ik zou kunnen winnen. Ik had het gevoel dat er genoeg enthousiasme kon worden opgewekt voor deze campagne. Maar ik had geen precies idee van hoe ik dat voor elkaar kon krijgen en welke specifieke acties er voor de verkiezingen moesten worden ondernomen, aangezien dit iets anders was dan wat we tot dan toe hadden gedaan. Maar omdat mijn intuïtie me zei dat het zou kunnen werken, besloot ik het te proberen.
Gedurende een paar maanden hebben we gediscussieerd over de eerste stappen; er zijn maar weinig mensen aan de linkerzijde die ervaring hebben met verkiezingen. De KPRF heeft die ervaring wel, maar die is heel eigenaardig. Zij raadt af om mensen om geld te vragen, maar vertrouwt in plaats daarvan op financiering door de partij en gaat op zoek naar andere sponsors. We begrepen dat we het anders moesten aanpakken.
Hoe ziet je kieskring er uit?
Heel Rusland is verdeeld in 225 districten, met elk gemiddeld vijfhonderdduizend kiezers. Ons kiesdistrict ligt in het westen van Moskou. Bij de vorige verkiezingen werd het gezien als een behoorlijk protestgericht district en de KPRF had het hier eerder vrij goed gedaan. De liberalen van Yabloko zijn er echter ook altijd een echte kracht geweest en deze keer hebben ze een sterke kandidaat naar voren geschoven.
Er is een universiteit in het district, dus puur statistisch gezien heeft dit district een hogere concentratie van MSU-afgestudeerden en -werknemers dan gemiddeld in Moskou. Er was een gevoel dat het woord MSU in dit district iets toevoegt. Ik ben wiskundige, geen politicus, en dat kan een positieve invloed hebben.
Het was in februari, denk ik, dat we wisten wie onze belangrijkste rivaal zou worden. Er werd aangekondigd dat Verenigd Rusland de Russische televisiepresentator Jevgeni Popov zou kiezen. Hij is een tv-propagandist die Kremlin-standpunten uitzendt over vijandige Westerse landen en het verschrikkelijke Oekraïne, waarbij hij de aandacht van de mensen probeert te verleggen van interne problemen naar externe confrontatie en haat zaait tussen landen. Zijn manier van doen is arrogant, maar veel mensen vinden hem echt leuk, ik heb ze zelfs ontmoet.
Hoe werd de campagne georganiseerd? In hoeverre was die afhankelijk van de KPRF?
Verrassend genoeg had de KPRF helemaal geen strakke politieke controle – we hebben ons programma zelf geschreven, zonder de partij te raadplegen. De KPRF heeft minder dan 15 procent van ons totale campagnebudget bijgedragen. Ze hielden trainingssessies, bijeenkomsten voor kandidaten, waar ze vertelden hoe ze campagne moesten voeren. Ze vertelden ons bijvoorbeeld om niet aan crowdfunding te doen; ze zouden ons toch geen geld geven, het zou problemen kunnen opleveren. We hebben dit advies echter niet opgevolgd en hebben tijdens de campagne uiteindelijk ongeveer 6 miljoen roebel (ruim 69.000 euro) opgehaald.
Vergeleken met wat Verenigd Rusland of de liberale oppositie uitgeeft, is dat helemaal niet veel. Politieke motivatie speelde echter een grote rol – de meeste activisten waren toegewijd aan socialistische standpunten en iedereen had de verwachting dat we Verenigd Rusland echt konden verslaan. We hadden dus ongeveer tweehonderd activisten die deelnamen aan onze campagne, verdeeld over verschillende afdelingen in verschillende delen van het kiesdistrict.
Vertel eens over jullie verkiezingsprogramma.
Onze belangrijkste slogan was: ‘De toekomst is voor iedereen, niet alleen voor de uitverkorenen.’ In Rusland zijn er een paar mensen die alle politieke en economische middelen in handen hebben en de toekomst alleen voor zichzelf bouwen. Wij willen een herverdeling van inkomen, van politieke macht, ten gunste van iedereen. Rond deze centrale stelling hebben we gedetailleerde eisen opgesteld met betrekking tot de problemen van het district en van het land in zijn geheel. Belangrijke punten waren de strijd tegen de onmenselijke commerciële ontwikkeling in Moskou; verplichte recycling van afval; bescherming tegen de sluiting van scholen en ziekenhuizen; en natuurlijk arbeidsrechten en de behoefte aan sterke vakbonden.
We gingen naar de kiezers met dit verkiezingsprogramma en blijkbaar hebben we een goed beeld opgebouwd van een kandidaat en zijn team, die met enthousiasme verschillende problemen aanpakte, die iedereen probeerde te overtuigen, middelen te verzamelen, zich te organiseren. Dit vond weerklank bij de mensen. De ervaring van een universiteitskandidaat, een wiskundige met ervaring in het voeren van publiekscampagnes, die sprak over vakbonden, die opkwam voor groene ruimten.
De mensen vonden het leuk, maar hadden ook een dilemma: in Rusland zien veel mensen de verkiezingen als een kans om de autoriteiten hun protest te laten zien. Voor hen is het belangrijk dat een oppositiekandidaat kan winnen, ongeacht zijn standpunten. Aangezien er in mijn kiesdistrict een campagne werd gevoerd voor een liberale kandidaat met ruime middelen, keken veel mensen tot het laatste moment toe en gokten ze wie ze uiteindelijk moesten steunen.
Wat was het resultaat?
We versloegen de kandidaat van Verenigd Rusland met meer dan een derde van de stemmen. Hij voerde een heel dure campagne, zijn spandoeken waren overal te zien en hij werd gesteund door de plaatselijke overheid. Maar desondanks hebben we hem ruimschoots verslagen. De hele situatie werd op zijn kop gezet door de resultaten van de elektronische stemming de volgende ochtend.
In getallen uitgedrukt, hoeveel heb je in de stembureaus gekregen en hoeveel bij de electronische stemming?
Ik kreeg zesenveertigduizend stemmen bij de gewone stemming, twintigduizend bij de elektronische stemming en tv-propagandist Popov kreeg ongeveer vierendertig- à vijfendertigduizend bij de gewone stemming en vijfenveertig- à zesenveertigduizend bij de elektronische stemming. Maar wij geloven niet in de resultaten van de elektronische stemming: die zijn vervalst in het belang van de autoriteiten.
Je werd gesteund door ‘Slim Stemmen’ – een tactische, anti-Poetin stemming voorgesteld door aanhangers van Alexei Navalny. Wat vindt je van deze strategie in het algemeen? En wat vindt je van Navalny zelf?
Het is een instrument dat werkt in grote Russische steden. De strategie komt erop neer dat je stemt op de oppositiekandidaat die de beste kans heeft om Verenigd Rusland te verslaan. Oppositiekiezers worden aangespoord op die kandidaat te stemmen, ongeacht hun opvattingen. Navalny en ik hebben natuurlijk grote ideologische verschillen, aangezien ik aan de radicale linkerzijde sta. Navalny stond vroeger rechts, maar de laatste jaren is hij opgeschoven, wat moet worden toegejuicht, want hij heeft een grote invloed in de media.
Het feit dat zijn aanhangers sociale kwesties als het minimumloon aan de orde zijn gaan stellen en de vakbonden prijzen, heeft een positief effect gehad. Maar we staan nog steeds op verschillende standpunten en bovendien is de kring van Navalny rechtser dan Navalny zelf. Dat zie je aan de situatie waarin hij in de gevangenis belandde. Maar waar het om gaat is dat hij gevangen is gezet voor zijn politieke activiteiten. Ik ben daartegen en vind dat hij moet worden vrijgelaten. Ik denk dat een eerlijke discussie met hem en een ideologisch debat noodzakelijk is.
Wat zijn je politieke plannen na de verkiezingen? Voor jou persoonlijk en wat moet volgens jou de strategie zijn voor Russisch links, voor jullie campagnevoerders?
We denken er nu over na hoe we het team dat we hebben opgebouwd kunnen behouden, want het was erg groot. Het zal moeilijker worden vanaf nu, maar we zien de vraag naar verdere activiteit. Degenen die hebben meegedaan waren enthousiast: het was een overwinning en iedereen ervaart het als een overwinning. Wat alleen in theorie mogelijk leek, is ons gelukt, wat betekent dat we nog veel kunnen doen. We rekenden op de reële middelen van de Staatsdoema, we wilden een campagne voeren en het collectief op de basis van de zetel in de Staatsdoema in stand houden. Maar dat is niet gelukt vanwege de vervalsingen.
Doe je weer mee?
Er zijn mensen in het team die zichzelf willen uitproberen in lokale verkiezingen. Ik ben daar voorzichtiger in omdat het een verspilling van energie zou kunnen zijn. We moeten nadenken, als we de gemeenteraadsverkiezingen in verschillende districten winnen, hoe we ons dan kunnen consolideren. Ik ben meer geïnteresseerd in hoe we onze energie kunnen kanaliseren in de ontwikkeling van de vakbeweging en de zelforganisatie op de universiteiten. Verkiezingen zijn misschien ook een goed idee, maar ik heb niet het gevoel dat dat het enige is wat we moeten doen. Per slot van rekening zag ik de laatste verkiezingen ook vooral als een kans om mensen te vertellen over ideeën waarin ik geloof.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Jacobin. Nederlandse vertaling: redactie Grenzeloos.