Als er ergens een rotte appel gevonden wordt in een organisatie, besluit ik daaruit niet automatisch dat die moet gevallen zijn uit een rotte boom. Mensen, links of rechts, kunnen in de verleiding komen om toe te happen op een aanlokkelijk voorstel, met voordelen voor zichzelf of voor de organisatie waarvoor ze zich inzetten. Laakbaar, maar onmogelijk helemaal uit te sluiten.

Iets anders is het echter wanneer leidersfiguren met hopen ervaring in het politieke bedrijf verdachte dingen meemaken in de eigen kring, er de middelen voor hebben om op te treden, en dat niet doen. Op zijn minst is er dan sprake van schuldig verzuim, maar medeplichtigheid is niet uit te sluiten.

Qatargate

Ik denk dat beide varianten voorkomen in het ‘Qatargate’ schandaal waarin totnogtoe hooggeplaatste verantwoordelijken van de Europese sociaal- en christendemocratie (de fracties  S&D en EPP in het Europees Parlement) opduiken, naast  een syndicaal topverantwoordelijke, eveneens van sociaaldemocratische signatuur. Zoals bekend is er een sterk vermoeden dat de Golfstaat met smeergeld geprobeerd heeft haar blazoen op te poetsen door een positieve voorstelling in Europese middens; mogelijks speelde Marokko een gelijkaardige rol. Qatar was in een zeer negatief daglicht komen te staan toen verleden jaar bleek dat minstens 6500 buitenlandse werfarbeiders omgekomen waren sinds de organisatie van de World Cup 2022 aan het land was toegewezen in 2010. Een andere betrachting van de Golfstaat is het gemakkelijk verkrijgen van een visum voor zijn (rijke) burgers, waardoor ze vlot kunnen rondreizen in de EU. Niet zo onbelangrijk voor een landje met een per capita BBP hoger dan dat van België of Nederland!

Verdachte dingen

‘Verdachte dingen’ waren er in ieder geval, en behoefden geen onderzoeksjournalisme om argwaan op te wekken. Zowel bij S&D als EPP was er een toenemende afkeer om Qatar nog op de korrel te nemen. Dat bleek overduidelijk nog in november, toen de linkse fractie (GUE-NGL) voorstelde om een parlementaire resolutie aan te nemen over de arbeidsrechten in Qatar. “Er was een duidelijke alliantie tussen de twee groepen om Qatar te beschermen”, aldus Manon Aubry, indiener van het voorstel. En inderdaad, was de tussenkomst in het debat door de Griekse socialiste (PASOK, S&D) en ondervoorzitter van het Europees Parlement Eva Kaili niet merkwaardig als ze Qatar voorstelde als een ‘koploper op het gebied van arbeidsrechten’?? Was het al niet even merkwaardig dat Cozzolino, parlementair medewerker van een ander S&D europarlementslid, mailtjes rondstuurde naar de fractie om vooral geen standpunten tegen Qatar in te nemen? Was het niet opmerkenswaardig dat de Belgische socialist (PS) en europarlementslid Marc Tarabella in de Qatari pers geciteerd werd voor zijn uitspraken over de arbeidshervormingen in de Golfstaat, waar er “hoge veiligheidsstandaarden invoege zijn voor de arbeiders en de garantie op minimumlonen”.

Het is goed mogelijk dat veel Europarlementsleden niet veel acht geslagen hebben op de ‘positieve wending’ in de houding tegenover Qatar. Ze hebben over een resolutie gestemd, omdat ze nu eenmaal over de meest uiteenlopende zaken een stem moeten uitbrengen, over dingen waar ze weinig over ingelicht zijn, en dan al dankbaar ingaan op een of andere wenk die uit hun fractie blijkt te komen. Het is trouwens zo dat het Europees Parlement geen bevoegdheid heeft over het buitenlands beleid van de EU; dit belet het EP niet om buitenlandse ‘observatiereizen’ te ondernemen en resoluties te stemmen, die de democratische schijn moeten ophouden.

In verband met dergelijke reizen was er  onlangs trouwens nog een merkwaardig incident. Een parlementsdelegatie zou effectief naar Qatar afreizen, maar de groepsreis werd afgelast en alleen Eva Kaili – Griekse socialiste (PASOK) en vicevoorzitter van het Europees Parlement – ging naar de Golfstaat. Ze kreeg uitstekende pers … van de Qatari pers. Een paar weken later werden in haar Brussels appartement honderdduizenden euro’s in cash aangetroffen… Het was ook pas nadat de politie daar en elders was binnengevallen dat de S&D-top zich begon verontwaardigd te voelen…

Fight Impunity

Laat ons zeer breeddenkend zijn en aannemen dat een hoop Europarlementsleden gewoon uit  nonchalance, luiheid of onwetendheid een en ander zonder veel erg hebben laten passeren. Maar er zijn ook een aantal betrokkenen, en niet van de minste, die dat soort excuus niet kunnen inroepen. De ngo Fight Impunity (‘Strijd tegen de straffeloosheid’)  speelt hierin een centrale rol, en daarover eerst een woordje meer. De Italiaan Antonio Panzeri, tot 2019 europarlementslid (S&D) sticht in dat jaar samen met Francisco Georgi, partner van Eva Kaili, de vereniging “die strijdt tegen straffeloosheid en voor een transitionele rechtvaardigheid”. Panzeri kan zich beroepen op zijn vroegere functie als voorzitter van het subcomité over mensenrechten van het Europees Parlement. Hij is wel geen europarlementslid meer, maar daardoor verloor hij niet zijn vele contacten. Conferenties van of met zijn vzw kunnen dan ook doorgaan in gebouwen van het Europees Parlement, vaak met imposante mede-organisatoren als de researcheenheid van het Parlement, de Maison Jean Monnet etc. En er is bovendien een raad van bestuur met als ereleden Denis Mukwege, Nobelprijs voor de vrede in 2018, Bernard Cazeneuve, gewezen eerste minister van Frankrijk, Emma Bonino en Dimitris Avramopoulos, gewezen eurocommissarissen, en Federica Mogherini, gewezen hoge gezant van de EU voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, voorgangster van Josep Borrell. Is dat geen oersterk uithangbord?

Maar zie, Avramopoulos, lid van het conservatieve Griekse Nea Dimokratia en gewezen eurocommissaris voor migratie, kreeg voor één jaar in de honorary board van Fight Impunity 60.000 €, terwijl hij zelf bevestigt er geen enkele uitvoerende taak te hebben gehad. Moeilijk hier nog nonchalance, luiheid of onwetendheid in te roepen! Armoede kan het ook moeilijk geweest zijn.

Internationaal syndicalisme…

Het geval Luca Visentini is zo mogelijk nog krasser. De man was meer dan 10 jaar de algemeen secretaris van het Europees Vakverbond (EVV, ETUC in het Engels), en werd in november verkozen tot algemeen secretaris van de Internationale Vakbondsfederatie ITUC. Hij erkent zelf 50.000 € ontvangen te hebben van Fight Impunity, maar “dat had niets te maken met lobbyen voor Qatar”, en “er werd van mij niets verwacht in ruil voor het geld”, geld dat hij naar eigen zeggen gebruikte voor zijn verkiezingscampagne als ITUC algemeen secretaris “en andere lopende kosten”. Een lening van 13.000 € die hij had aangegaan bij het EVV voor zijn ITUC campagne betaalde hij – naar verluidt onder enige verbazing van EVV- medewerkers – helemaal in cash terug. Wat zegt het over Visentini als hij het normaal vindt dat een vzw die ‘strijdt tegen straffeloosheid en voor rechtvaardigheid’ 50.000 € schenkt aan de verkiezingscampagne van een vakbondsleider? Kan het toeval zijn dat Visentini geciteerd wordt in de Qatari pers omwille van zijn welwillende uitspraken over de arbeidsrechten in het land?

Iets terzijde vind ik dat de nationale vakbonden in de EU toch niet volledig vrijuit gaan. Ze zouden hun houding tegenover het EVV mogen herzien. Die houding is er meestal één van onverschilligheid voor een bureaucratisch orgaan, vooral gefinancierd door de Europese Commissie, dat zich echter opwerpt als dé sociale partner van vakbondszijde op het Europees vlak. En door de betrokkenheid bij Qatargate misschien meer schade aanricht aan het imago van vakbonden dan het ooit bijdroeg tot de vakbondsstrijd zelf. In de geëuropeaniseerde en geïnternationaliseerde economische context is Europees en internationaal syndicalisme absoluut noodzakelijk, maar het verdient beter dan een gedoogbeleid voor een zelfverklaarde ‘vakbondskoepel’.

Qatargate is volgens velen maar een topje van de ijsberg. Nu ijsbergen aan een versneld tempo aan het afsmelten zijn, zouden er nog veel meer gates  kunnen boven water komen. Men weze gewaarschuwd!

Herman Michiel is actief in Ander Europa. Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Ander Europa.