Het is niet overdreven te stellen dat wat zich momenteel in het hart van het Europese continent afspeelt, het gevaarlijkste moment is in de hedendaagse geschiedenis en het dichtst bij een Derde Wereldoorlog komt sinds de Sovjet-raketcrisis op Cuba in 1962.
Het is waar dat noch Moskou noch Washington tot dusverre hebben gezinspeeld op het gebruik van kernwapens, hoewel er geen twijfel over kan bestaan dat de twee landen hun kernwapenarsenalen met het oog op de huidige omstandigheden in paraatheid hebben gebracht. Het is ook waar dat het niveau van militaire waakzaamheid in Amerika nog niet het niveau heeft bereikt dat het in 1962 bereikte. Maar de Russische militaire opbouw aan de grenzen van Oekraïne overtreft het niveau van de troepenconcentratie aan een Europese grens op de warmste momenten van de ‘Koude Oorlog’, terwijl de verbale escalatie van het Westen tegen Rusland een gevaarlijk niveau heeft bereikt dat gepaard gaat met militaire gebaren en voorbereidingen die een reële mogelijkheid van een vuurzee creëren.
De machthebbers van de grote mogendheden spelen met vuur. Vladimir Poetin kan denken dat dit hetzelfde is als het verplaatsen van koningin en toren op een schaakbord om de tegenstander te dwingen zijn stukken terug te trekken; Joe Biden kan denken dat dit voor hem een geschikte gelegenheid is om zijn binnen- en buitenlandse imago op te poetsen, dat erg verbleekt is sinds zijn beschamende mislukking bij het in goede banen leiden van de terugtrekking van de Amerikaanse troepen uit Afghanistan; en Boris Johnson kan denken dat het pretentieuze opscheppen van zijn regering een goedkope manier is om de aandacht af te leiden van zijn binnenlandse politieke problemen. Feit blijft echter dat gebeurtenissen in dergelijke omstandigheden snel hun eigen dynamiek krijgen op het ritme van de oorlogstrommels – dynamiek die de controle van alle individuele actoren te boven gaat en een explosie dreigt te veroorzaken die geen van de spelers oorspronkelijk had gewild.
De huidige spanning tussen Rusland en de westerse landen in Europa heeft een niveau bereikt dat op het continent sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer is voorgekomen. De eerste Europese oorlogsperiode sindsdien, de Balkanoorlogen in de jaren negentig, heeft nooit het niveau van langdurige spanning en alertheid tussen de grootmachten zelf bereikt dat we nu meemaken. Als er als gevolg van de huidige spanningen een oorlog zou uitbreken, zelfs als die in eerste instantie alleen op Oekraïens grondgebied zou woeden, dan nog zijn de centrale ligging en de enorme omvang van Oekraïne voldoende om het gevaar dat het vuur overslaat naar andere Europese landen die aan Rusland grenzen, alsmede naar de Kaukasus en Centraal-Azië, tot een ernstig en imminent gevaar te maken.
De belangrijkste oorzaak van de huidige gebeurtenissen houdt verband met een reeks ontwikkelingen, waarvoor de eerste en belangrijkste verantwoordelijkheid ligt bij de machtigste die het initiatief had – dat is natuurlijk de VS. Sinds de Sovjet-Unie onder Michail Gorbatsjov, en nog meer onder de eerste president van het Rusland van na de Sovjet-Unie, Boris Jeltsin, in een terminale lijdensweg terecht is gekomen, heeft Washington zich tegenover Rusland gedragen als een genadeloze overwinnaar tegenover een overwonnene, die de overwonnene wil beletten ooit weer op eigen benen te staan. Dit vertaalde zich in de uitbreiding van de door de VS gedomineerde NAVO met landen die eerder hadden behoord tot het door de USSR gedomineerde Warschaupact, in plaats van de westelijke alliantie parallel met haar oostelijke tegenhanger op te heffen. Het vertaalde zich ook in het dicteren door het Westen van een economisch beleid van ‘shocktherapie’ voor de bureaucratische economie van Rusland, die tot een enorme sociaal-economische crisis en ineenstorting leidde.
Deze zaken hebben op natuurlijke wijze geleid tot het resultaat waarvoor een van Gorbatsjovs meest prominente adviseurs, voormalig lid van de Opperste Sovjet en van het Centraal Comité van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie, Georgi Arbatov dertig jaar geleden waarschuwde, toen hij voorspelde dat het westerse beleid ten aanzien van Rusland zou leiden tot ‘een nieuwe Koude Oorlog’ en het ontstaan van een autoritair bewind in Moskou dat de oude imperiale traditie van Rusland nieuw leven zou inblazen. Dat is inderdaad gebeurd met de machtsovername van Poetin, die de belangen behartigt van de twee belangrijkste blokken in de Russische kapitalistische economie (waarin staatskapitalisme en particuliere belangen vermengd zijn): het militair-industrieel complex – dat een vijfde van de Russische industriële beroepsbevolking tewerkstelt, naast het personeel van de strijdkrachten – en de olie- en gassector.
Het resultaat is dat het Rusland van Poetin een beleid van militaire expansie voert dat veel verder gaat dan wat ten tijde van de Sovjet-Unie gangbaar was. Toen ontplooide Moskou geen gevechtstroepen buiten het gebied dat aan het eind van de Tweede Wereldoorlog onder zijn controle was gekomen, totdat het eind 1979 Afghanistan binnenviel, een invasie die de doodsstrijd van de USSR inluidde. Nadat het Rusland van Poetin zijn economische vitaliteit had herwonnen dankzij de stijging van de brandstofprijzen sinds de eeuwwisseling, heeft het buiten zijn grenzen militair ingegrepen met een frequentie die vergelijkbaar is met die van de militaire interventies van de VS vóór de nederlaag in Vietnam, en tussen de eerste Amerikaanse oorlog tegen Irak in 1991 en het roemloze vertrek van de VS-strijdkrachten uit dat land twintig jaar later.
De interventies en invasies van Rusland zijn niet langer beperkt tot het ‘nabije buitenland’, dat wil zeggen de landen die aan Rusland grenzen en die door Moskou werden gedomineerd via de USSR of het Warschaupact. Het Rusland van na de Sovjet-Unie heeft militair ingegrepen in de Kaukasus, vooral in Georgië, in Oekraïne en onlangs nog in Kazachstan. Maar het voert sinds 2015 ook oorlog is Syrië en intervenieert onder een transparante dekmantel in Libië en meer recentelijk in Afrika bezuiden de Sahara.
Tussen de hernieuwde Russische strijdlust en de aanhoudende Amerikaanse arrogantie staat de wereld dus aan de vooravond van een ramp die de uitroeiing van de mensheid, waarnaar onze planeet al op weg is door de aantasting van het milieu en de opwarming van de aarde, aanzienlijk zou kunnen versnellen.
We kunnen alleen maar hopen dat de rede zal zegevieren en dat de grote mogendheden tot een akkoord zullen komen dat tegemoetkomt aan de veiligheidszorgen van Rusland en dat de voorwaarden schept voor een hernieuwde ‘vreedzame coëxistentie’ die de hitte van de nieuwe Koude Oorlog zou verminderen en zou voorkomen dat deze uitloopt op een hete oorlog die een enorme catastrofe voor de hele mensheid zou betekenen.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Europe Solidaire Sans Frontières. Nederlandse vertaling: redactie Grenzeloos.