Op 21 oktober werden negen leden van de Filipijnse Nationale Federatie van Suikerwerkers tijdens een protestactie doodgeschoten. De moordenaars zijn hoogst waarschijnlijk in dienst van lokale kapitalisten. Onder president Duterte is het aantal moorden op vakbonds- , boeren- en andere activisten sterk toegenomen. Tientallen activisten zijn vermoord. Onder het autoritaire bewind van Duterte wordt links in de Filipijnen met nieuwe problemen geconfronteerd.
Drie weken voor de moorden op de vakbondsmensen kopte de Filipijnse krant Daily Enquirer ‘Duterte ontslaat laatste linkse lid regering’. De persoon in kwestie is Joel Maglunsod, onderstaatssecretaris van het ministerie van Arbeid en Werkgelegenheid, en een voormalig leider van de vakbondsbeweging Kilusan Mayo Uno. (1)Inquirer, 3 oktober 2018. Eind oktober was Maglunsod echter nog steeds aanwezig op regeringsvergaderingen.
Ondertussen zijn de aanvallen van de gewapende vleugel van de Maoïstische Communistische Partij van de Filipijnen (CPP in de Engelse initialen), het Nieuwe Volksleger (NPA), toegenomen nadat een staakt-het-vuren begin 2017 ineenstortte. dit staakt-het-vuren duurde ongeveer een half jaar en was daarmee het langste ooit tussen de NPA en een Filipijnse regering. Maar zelfs toen het nog bondgenoten in de regering had, was de CPP al begonnen met het veroordelen van het Duterte-regime als ‘’fascistisch’’ en een ‘’pion van de Verenigde Staten’’.
Hoe kunnen we dergelijke tegenstrijdigheden verklaren? Veel van het internationale nieuws over Duterte gaat over zijn ‘’oorlog tegen drugs’’. Sinds het aantreden van Duterte in juli 2016, geven voorzichtige schattingen aan dat de politie of door de staat gesteunde doodseskaders meer dan 12.000 mensen hebben gedood. De slachtoffers behoren vrijwel allemaal tot de armste delen van de Filipijnse samenleving. Het werkelijke aantal slachtoffers is waarschijnlijk nog veel hoger.
Tijdens zijn presidentiële campagne maakte Duterte al duidelijk dat hij van plan was om grootschalig geweld te organiseren. Maar er was nog een andere kant aan de campagne van Duterte. Hij combineerde een imago als macho misdaadbestrijder met demagogie over zorg voor de zwakken en de armen in de samenleving. Zijn campagneslogan ‘compassie en kracht’ was typerend voor die aanpak. Duterte ging zelfs zover dat hij zichzelf als socialist omschreef.
Verbondenheid met Duterte
Deze aanpak overtuigde grote delen van links dat ze met Duterte zouden kunnen samenwerken voor progressieve hervormingen. Anderen, die sceptisch stonden tegenover het idee dat Duterte ‘links’ was, vonden het beter om hun angsten en kritiek voor zichzelf te houden. Het was duidelijk geworden dat Duterte massale steun had, ook onder de armen, en deze delen van links vreesden dat ze zich van dit publiek zouden vervreemden als ze hem sterk zouden bekritiseerden.
De toenadering tussen delen van links en Duterte was eind 2016 het nauwst. Slappe kritiek van de vertrekkende Obama regering op de mensenrechtenschendingen had Duterte woedend gemaakt; als reactie stelde hij neokoloniale inmenging van de VS aan de kaak en herinnerde hij zijn publiek aan gruweldaden die de Amerikaanse troepen tijdens hun bezetting van de Filipijnen in het begin van de twintigste eeuw hadden begaan. Rond dezelfde tijd kondigde hij een geopolitieke draai aan, weg van de Verenigde Staten, en richting Rusland en China aan. Zelfverklaard linkse schrijvers loofden Duterte’s ‘’nationalisme’’ en ‘’onafhankelijke oriëntatie’’ en bagatelliseerden het groeiende aantal moorden. Een academicus verklaarde dat Duterte ‘’de eeuwenlange wurggreep van het wereldwijde financiële kapitalisme’’ over de Filipijnen had doen ‘’exploderen’’.
Het deel van Filipijns links dat het verst ging in deze toenadering was de Nationaal-Democraten, of NDs. Het politieke en ideologische centrum van deze stroming is de CPP. De partij leidt een breed scala aan ondergrondse ‘sectorale organisaties’ die specifieke groepen organiseren (jongeren, kunstenaars, religieuze personen, vrouwen en anderen). Sommige van deze organisaties zijn weinig meer dan een lege huls, andere zijn van meer betekenis. Bovengronds is er een al even brede alliantie van groepen die zich identificeren met de politieke lijn van de partij.
Volgens deze lijn is de Filipijnse samenleving niet kapitalistisch maar ‘semi-feodaal’. De CPP streeft daarom naar een revolutie in twee fasen. De eerste fase is de nationaal-democratische revolutie, zowel ‘anti-feodaal’ als ‘anti-imperialistisch’, om de greep van de buitenlandse overheersing die het land in deze fase vast zou houden te doorbreken. Een tweede fase is de socialistische fase, waarmee de CPP bedoelt dat ze een eenpartijstaat en een geleide economie vestigt. Bovengrondse aanhangers van dit politieke gedachtegoed combineren vaak een zeer militante houding met verrassend bescheiden eisen – in deze fase van de strijd is de vijand immers niet kapitalisme, maar ‘semi-feodalisme’.
Na zijn verkiezing in mei 2016 bood Duterte kabinetsposten aan de CPP aan. De partij sloeg het aanbod beleefd af en zei dat ze als revolutionaire organisatie geen deel kon uitmaken van de ‘reactionaire staat’. In plaats daarvan kregen vier leiders van de bovengrondse ND-beweging kabinetsposten, terwijl anderen (zoals Maglunsod) lagere posten kregen. In juni 2016 schreef het blad van de CPP, Ang Bayan, verheugd; ‘Het bondgenootschap tussen de nationaal-Democratische beweging en het nieuwe regime Duterte wordt verder gesmeed’; door het aanbieden van kabinetsposten aan de CPP had Duterte ‘zijn bondgenootschap met de nationaal-democratische beweging versterkt’.(2)Ang Bayan, 7 juni 2016, 1.
De geschiedenis van Duterte als burgemeester van Davao City, en zijn rol in het organiseren van een doodseskader daar in de jaren negentig en begin jaren 2000, was niet reden genoeg om een dergelijk bondgenootschap te weigeren. De ND’s hadden ook toen al vriendschappelijke relaties met Duterte, die hen hielp politieke legitimiteit te verwerven. Hij coördineerde met de NPA de vrijlating van gevangenen, sprak op bijeenkomsten van ND-massaorganisaties en zette ND-kandidaten op zijn lijst voor de gemeenteraadsverkiezingen. Van hun kant zwakten de ND’s hun kritiek af. Het grootste deel van het onderzoek naar de mensenrechtenschendingen in Davao in deze periode komt van mensenrechtengroeperingen die buiten ND kringen staan.
Na de presidentsverkiezingen duurde het niet lang voordat het bondgenootschap barsten vertoonde, want het werd duidelijk dat Duterte niet bereid was om echte concessies te doen aan de ND. Zij dienden in een regering waarvan het sociaaleconomisch beleid een voortzetting was van het vrijemarktbeleid van de vorige regeringen, terwijl zij ondertussen Duterte verdedigden. Eén ND-lid van het kabinet, Judy Taguiwalo, Staatssecretaris van Sociale zaken, beweerde in mei 2017 nog dat het overduidelijk zou zijn dat Duterte tegenstander was van buitengerechtelijke executies. (3)Rappler.com, ‘CA grils Taguiwalo over links tot left’. Dit was tijdens een bijeenkomst waarin overwogen werd om Taguiwalo in haar kabinetspositie te handhaven.
Een uitzondering leken de vredesonderhandelingen tussen de regering en de CPP te zijn. De regeringsdelegatie ging samen met de CPP-onderhandelaars voortvarend aan de slag met het opstellen van een overeenkomst die verregaande veranderingen voorstelde, zoals landhervorming, het afbreken van internationale handelsovereenkomsten, uitgebreide sociale voorzieningen, een breuk met de Verenigde Staten, staatscontrole over strategische sectoren van de economie en de onteigening van bepaalde sectoren van het kapitaal. Het Duterte-regime was echter nooit van plan om iets dergelijks in te voeren en begin 2017 stortten de onderhandelingen in. De laatste ND functionaris met de status van kabinetslid, Liza Maza, verliet uiteindelijk de regering in augustus 2018.
De alliantie tussen de ND’s en president Duterte was uniek in hoe ver deze ging, maar het was niet de eerste keer dat de National-Democratische beweging overeenkomsten aanging met burgerlijke machthebbers. Sinds de eeuwwisseling hebben de ND’s met aanzienlijk succes deelgenomen aan verkiezingen. In zijn studie van de beweging beschrijft Dominique Caouette hoe het project in 2001 van start ging toen ND-organisaties een politieke partij, Bayan Muna (Het volk eerst) oprichtten.(4)Dominique Caouette, Persevering revolutionaries. Armed struggle in the 21st century. Exploring the revolution of the Communist Party of the Philippines, vol. II (unpublished PhD thesis, 2004), 397. Door wat Caouette omschrijft als een reeks ‘traktaties’ of clandestiene transacties, en door de steun aan vicepresident Gloria Macapagal-Arroyo tijdens de opstand waarin zij Joseph Estrada als president verving, waren de ND’s in staat om ‘steun te krijgen van de Macapagal-Arroyo clan’. Vervolgens won Bayan Muna drie zetels in het Congres.
De ND’s hebben daarna hun electorale machinerie uitgebreid en zijn voortgegaan met deals sluiten met burgerlijke politici om zetels te winnen in de door corruptie gekenmerkte verkiezingen. Beschamend genoeg kwamen de NDs in 2010 in dezelfde alliantie terecht als Ferdinand Marcos junior – de zoon van de dictator van de zelfde naam, die in graag in de voetstappen van zijn vader wil treden. Toen steunden zij de kandidatuur van zakenman Manny Villar voor het presidentschap. Toen de campagne voor de presidentsverkeizingen in 2016 van start ging, steunden de ND’s aanvankelijk Grace Poe, een relatief onervaren senator met een onopvallende staat van dienst. Haar carrière dankt ze vooral aan haar naam: ze is de geadopteerde dochter van Fernando Poe Jr., een grote ster in Filipijnse actiefilms.
Tijdens de campagne van 2016 werd het echter duidelijk dat in de regio Mindanao, waar Duterte zijn basis heeft, de ND’s campagne voor hem voerden. Jose Maria Sison, de ideoloog van de beweging (hoewel in naam alleen een adviseur van de diplomatieke vleugel) maakte deze oriëntatie duidelijk door te verklaren dat een overwinning van Poe of van Duterte goed zou zijn voor de ‘nationale eenheid’ en dat beiden de weg naar progressieve hervormingen zouden kunnen openen. Sison had (via Skype) een welwillend interview met Duterte en zorgde ervoor dat hij de vermeende progressieve geloofsbrieven van de kandidaat prees.
De volharding van de CPP
Als je vandaag de dag CPP-verklaringen leest, is het alsof het CPP-Duterte bondgenootschap nooit heeft bestaan. De CPP roept op tot de omverwerping van Duterte, en Sison beschrijft de regering als ‘zwak’ en ‘geïsoleerd’, en suggereert dat ze binnen in enkele maanden verwijderd zou kunnen worden.
Het is moeilijk te zeggen hoe groot de ND-beweging vandaag de dag is. Zoals altijd, beweren de woordvoerders van de beweging en haar pers dat de beweging alleen maar sterker wordt. Een manier om de steun voor de beweging te meten is door te kijken naar de verkiezingsresultaten van de kandidaten die er het nauwst mee verbonden zijn. In 2016 kreeg de ND-kandidaat voor de Senaat bijna 6,5 miljoen stemmen (15 procent; de totale bevolking is meer dan 100 miljoen). Maar het beeld is onduidelijk; aangezien dergelijke kandidaten een programma hebben dat zich beperkt tot ‘progressieve hervormingen’, betekent steun voor hen niet noodzakelijkerwijs steun voor zelfs maar de eerste fase van de geplande revolutie van het CPP. Bovendien kiezen de kiezers bij deze verkiezingen twaalf kandidaten, met één stem per kandidaat.
Maar het is duidelijk dat de ND’s veruit de sterkste stroming van Filipijnse links blijven. De beweging is diep geworteld in de Filipijnse samenleving en is door haar netwerk van ‘sectorale’ bewegingen en de NPA in zekere zin zelfvoorzienend geworden.
Dat in de afgelopen twee decennia de meest opmerkelijke successen van de ND’s zijn geboekt bij verkiezingen en in het bouwen van hun capaciteit voor openlijk protest is enigszins ironisch, aangezien de CPP gewapende strijd als het belangrijkste middel beschouwt om een revolutie te bereiken. In theorie zijn voor de CPP alle andere vormen van strijd en alle andere organisaties, legaal en illegaal, er ondergeschikt aan, en moeten ze uiteindelijk dienen om de guerrillaoorlog te versterken. Een deel van het geld dat wordt opgehaald door bovengrondse organisaties, die vaak een wat saai publiek imago hebben, wordt inderdaad naar de ondergrondse geleid.
De redenen voor het voortbestaan van de NPA zijn van structurele aard. Grote delen van het platteland zitten gevangen in stagnatie; mensen hier worden al generaties lang met dezelfde problemen geconfronteerd. Minder dan 10.000 mensen bezitten meer dan een vijfde van het totale landbouwareaal van het land, terwijl bijna twee miljoen boeren elk minder dan drie hectare bezitten en 18,5 procent van het totale landbouwareaal van het land onder elkaar verdelen.
Nog steeds woont iets meer dan de helft van de bevolking op het platteland, waar ook meer dan 70 procent van de officieel als arm beschouwde mensen woont. Sinds de jaren zeventig zijn niet alleen de NPA-strijders, maar ook de bevelhebbers in toenemende mate kinderen van arme, landloze boeren. Maar de ‘politieke functionarissen’ zijn nog steeds vaak afkomstig uit de studentenbeweging, en de CPP staat nog steeds onder leiding van de eerste generatie, die zich vaak als student bij de beweging aansloot.
Een onderzoeker van het National War College in Washington heeft onlangs geconstateerd dat de factoren die mensen ertoe aanzet zich bij de NPA aan te sluiten, dezelfde sinds de oprichting ervan in de late jaren zestig: ‘Veel van de historische drijfveren van de NPA-werving blijven vandaag de dag nog steeds bestaan: wijdverspreide armoede en inkomensverschillen, uitbuiting van land en arbeid, mensenrechtenschendingen, politieke marginalisatie en discriminatie in de achtergebleven gebieden op het platteland’. De recente beweringen van de regering dat ze op het punt staat om de NPA te verslaan, zijn niet geloofwaardig.
De NPA is het sterkst in afgelegen plattelandsgebieden waar weinig overheidsinstellingen aanwezig zijn. In dergelijke gebieden kan de NPA een rol spelen bij de bescherming van de lokale bevolking tegen bandieten en bij het ingrijpen in lokale conflicten. De NPA is ook een bron van financiële middelen; zij legt ‘revolutionaire belastingen’ op aan bedrijven die actief zijn in gebieden waar zij actief is.
De NPA heeft daarnaast een belangrijke symbolische rol. CPP-beelden en -teksten geven vaak de kracht en heldhaftigheid weer van guerrilla’s die voortdurend in opmars zijn. Degenen die in een gevecht worden gedood, worden als martelaren gezien en worden onderwerp van boeken en artikelen. Dergelijke teksten benadrukken de overtuiging en opoffering van degenen die voor het harde en gevaarlijke leven in de NPA kozen. Een dergelijke toewijding wordt als argument voor de politieke lijn van de beweging gebruikt; kritiek daarop zou betekenen dat men de offers van de gesneuvelden niet respecteert. De mythe van de volksoorlog en de onvermijdelijke overwinning heeft nog steeds aantrekkingskracht.
Maar 49 jaar na de oprichting van de NPA is het doel nog lang niet bereikt, namelijk het ‘omcirkelen van de steden’. Volgens recente eigen verklaringen heeft de NPA tussen de zes- en tienduizend permanente strijders/sters, en is ongeveer de helft van haar kracht geconcentreerd op het zuidelijke eiland Mindanao. Eind 2016 organiseerde de CPP een congres (het tweede sinds de oprichting in 1968) waarop volgens de CPP vertegenwoordigers van ‘bijna zeventigduizend leden’ aanwezig waren. Het is bekend dat de beweging haar bij tijd en wijle haar kracht overdrijft; in het begin van de jaren 2000 beweerde zij bijvoorbeeld dat het ledental van de NPA in de tienduizenden liep.(5)CPP-voorzitter Armando Liwanag’s (Jose Maria Sison) beweerde in een bericht ter gelegenheid van de 34e verjaardag van de CPP, 26 december 2002, dat de NPA ‘in totaal ten minste drie divisies of negen brigades of 27 bataljons van fulltime rode strijders, bewapend met krachtige geweren’ had.
Links tegen Duterte
De ND’s, die zich nu mobiliseren tegen Duterte, organiseerden hiervoor de Movement against Tyranny welke bijeengeroepen werd door een coalitie van leiders van massabewegingen, priesters en politieke persoonlijkheden. De ND-massa-organisaties vormen de ruggengraat van de coalitie en maken er de oppositiecoalitie van met het grootste mobiliserende potentieel. Als afspiegeling van de gebruikelijke strategie van de ND om coalities met meerdere klassen op te bouwen, is haar oproep specifiek gericht tegen de autoritaire aanvallen van het Duterte-regime op de instellingen en regels van de liberale democratie.
De Beweging tegen Tirannie is niet de enige oppositiebeweging. Een andere oppositiecoalitie is Tindig Pilipinas, of ‘Sta op Filipijnen’. De Filipijnse activist Joshua Makalintal beschrijft het als ‘een brede coalitie die minderheidsstromingen in het Congres omvat; figuren uit de voormalige Liberale Partij; de sociaaldemocratische partij Akbayan (die met de liberalen in de vorige regering van Benigno Aquino samenwerkte) en de nationalistische, anticommunistische Magdalo groep, bestaande uit voormalige leger officieren van lagere rang onder leiding van Antonio Trillanes, de luidruchtigste criticus van Duterte in de senaat.(6)Joshua Makalintal, ‘The challenges of building a united resistance in Duterte’s Philippines’, Waging Nonviolence, 14 maart 2018.
Tot slot is er Laban ng Masa, of ‘Strijd van de Massa’s’. Als coalitie van socialistische en progressieve groepen en partijen die zich vanaf het begin tegen Duterte hebben verzet, is het de enige coalitie die zich expliciet als links presenteert en de opkomst van het regime van Duterte analyseert als symptoom van een structurele crisis van de Filipijnse samenleving. Sinds de val van Ferdinand Marcos in 1986 is de Filipijnen oppervlakkig gezien een liberale democratie. In de praktijk hebben echter steeds bepaalde klieken van kapitalisten (vaak bestaande uit familie dynastieën) de staat veroverd. Zij hebben zowel de economische als de politieke macht. Laban ng Masa richt zich tegen deze ‘elite-democratie’ en stelt ‘een systeem voor dat gekenmerkt wordt door echte participatieve democratie en echte economische gelijkheid’.
Laban ng Masa wordt geleid door de academicus en activist Walden Bello. Bello werd lid van het Congres voor Akbayan in 2010, toen die partij verbonden was met president Benigno Aquino en de Liberale Partij. Hoewel nog steeds lid van de partij, trad Bello in 2015 uit het Congres uit protest tegen incompetentie en corruptie in de regering Aquino. In 2016 was Bello kandidaat voor de Senaat in een campagne die onafhankelijk bleef van burgerlijke allianties en politici en wonhij iets meer dan een miljoen stemmen. Hij kwam op de 36e plaats in een strijd waar de top 12 zetels won. Laban ng Masa mist echter de middelen van Tindig Pilipinas of de infrastructuur van de Movement Against Tyranny.
Laban ng Masa brengt wel veel van de radicale linkerzijde die niet bij de ND zit bij elkaar. De leiders van de ND’s bestempelen dit deel van links vaak als irrelevant, of noemen het ‘contrarevolutionair’ of erger.(7)Een bijzonder pijnlijk voorbeeld was het decembernummer van Ang Bayan van 2004, dat een overzicht bevatte van ‘contrarevolutionaire Trotskisten en sociaaldemocraten’, waarin veel van niet-ND links uit die tijd was opgenomen. Uitgebreide documentatie van de moorden en de pogingen van de CPP om ze te rechtvaardigen, zijn hier te vinden.
In de jaren negentig en begin jaren 2000 werden tientallen voormalige ND-activisten en organisatoren van andere progressieve bewegingen door de NPA gedood, en er zijn nog steeds bedreigingen. De ND’s gebruikten geweld om hun dominantie te behouden.(8)Alex de Jong, ‘Muddying the Revolution’, Jacobin, 2 september 2018. Hoewel geen van de niet-ND-groepen de kracht van de ND’s hebben, zijn ze onderdeel geworden van de politieke realiteit en spelen ze in delen van het land een belangrijke rol.
De ineenstorting van de dictatuur van Marcos in 1986, en van de Sovjet-Unie een paar jaar later, leidde in de jaren negentig tot een reeks van interne debatten, zuiveringen en splitsingen in de door de CPP geleide beweging. Degenen die vasthielden aan de CPP en de ND-beweging werden bestempeld als ‘bevestigers’ (reaffirmists of RAs), naar het document waarin Sison de lijn voor de beweging vastlegde: ‘’Herbevestig onze basisprincipes en corrigeer fouten’’. Degenen die het daar niet mee eens waren, werden daarom RJ’s, rejectors of afwijzers, genoemd.
Ongetwijfeld een van de belangrijkste redenen waarom de CPP zo sterk blijft is dat miljoenen Filippijnen in armoede leven op een stagnerend platteland. De aanvallen van de CPP op ‘feodale landeigenaren’ spreken hen aan, net als de nadruk op het agrarische karakter van de Filipijnse samenleving.
Maar de voortdurende ongelijke en gecombineerde ontwikkeling heeft geleid tot sterk uiteenlopende realiteiten in de Filipijnse samenleving. Grote delen van het platteland blijven onderontwikkeld, maar het aandeel van de totale werkgelegenheid in de landbouw is gedaald tot ongeveer een derde. Door de stagnerende landbouwproductiviteit is het aandeel van de landbouw in het bruto binnenlands product gedaald van 22 procent in 1990 tot 11 procent in 2014. In de afgelopen vijf decennia is de stedelijke bevolking met meer dan 50 miljoen mensen gegroeid, en steden vertegenwoordigen nu meer dan 70 procent van het BBP van het land. Het belang van landbezit neemt af, en daarmee ook de macht van de traditionele landeigenaren, hoewel sommigen erin geslaagd zijn hun activiteiten uit te breiden naar andere, groeiende sectoren zoals de dienstensector en de mijnbouw.
De verkiezing van Duterte was een symptoom van dergelijke veranderingen. Sinds de val van het Marcos-regime werd de Filipijnen geregeerd door een dominant blok bestaande uit vertegenwoordigers van de lokale kapitalistische klasse (waaronder landheren), de katholieke kerk en vertegenwoordigers van Amerikaanse invloed, zoals Amerikaanse militaire commandanten en neoliberale technocraten.
Duterte komt niet uit de traditionele, landelijke kapitalistische klasse, maar bouwde in plaats daarvan een coalitie op van lokale kapitalisten, en ging tekeer tegen ‘landheren’ en oligarchische suikerplanters (een verwijzing naar zijn rivalen, de Aquino-dynastie). Duterte tart ook een ander onderdeel van het oude dominante blok: de katholieke kerk.
Enkele jaren geleden maakte de strijd om de Reproductieve Gezondheidswet een relatieve afname van de politieke kracht van de kerk zichtbaar. Deze wet was bedoeld om toegang te geven tot anticonceptie, seksuele voorlichting en gezinsplanning en werd na jaren van debat in 2012 ingevoerd. Ondanks wanhopige pogingen van katholieke geestelijken en media bleef een meerderheid van de bevolking het wetsvoorstel steunen.(9)Uiteindelijk moest de katholieke hiërarchie haar toevlucht nemen tot een beroep op het hooggerechtshof om het wetsvoorstel onder de dekmantel van de ‘godsdienstvrijheid’ te uit te hollen. Nadat priesters kritiek hadden geuit op mensenrechtenschendingen onder Duterte, ging hij in het offensief tegen zijn religieuze critici door katholieke schijnheiligheid en hypocrisie belachelijk te maken.
Terwijl hij sommige delen van het vorige dominante blok aanviel, heeft Duterte geprobeerd om andere delen ervan in zijn basis te integreren. De Verenigde Staten blijven een belangrijke rol spelen in de Filipijnen. Belangrijke vertegenwoordigers van haar invloed zijn Amerikaans opgeleide legerofficieren en technocraten. Duterte heeft beide groepen in zijn regering opgenomen en de militaire banden tussen de Verenigde Staten en de Filipijnen blijven bestaan. Aanvankelijk leidde Duterte’s anti-U.S. retoriek en zijn schijnbare toenadering tot de Maoïsten tot twijfels over zijn steun in het leger sterk dat sterk pro-VS is. Duterte is echter druk bezig geweest met het winnen van de gunst van de militairen, het verhogen van hun salaris, talrijke bezoeken aan legerkampen en het benoemen van (gepensioneerde) generaals op hoge posities in zijn regering. Duterte heeft het leger nu de vrije hand gegeven in de strijd tegen de guerrillastrijders. Zoals hij eerder deed met de politie in de ‘oorlog tegen drugs’, beloofde Duterte soldaten die mensenrechten schenden te beschermen tegen vervolging.
Duterte’s retoriek over een ‘scheiding’ tussen de Filipijnen en de Verenigde Staten bleek bluf te zijn, maar op het gebied van de internationale politiek kwam hij wel dichter bij Rusland en vooral bij China te staan. Dit moet een bron van ontevredenheid zijn voor Washington, vooral sinds de Verenigde Staten pogen om de Chinese machtsuitbreiding in de regio tegen te gaan.
De terughoudendheid van Duterte in het aanvechten van Chinese territoriale aanspraken in de Zuid-Chinese Zee is een gecompliceerde kwestie voor Filipijnse links. Het verzet tegen Amerikaans imperialisme is een belangrijk onderwerp voor heel Filipijns links, en het beleid van de vorige regering om te vertrouwen op de Verenigde Staten tegen China werd veroordeeld als onderdeel van de neokoloniale agenda om de Filipijnen te controleren.
Maar de dagen dat de CPP naar China verwees als ‘een ijzeren bolwerk van het socialisme’ zijn lang geleden – het is nu van mening dat China sinds de val van de Bende van Vier het kapitalisme heeft hersteld.(10)Dit standpunt maakte deel uit van de ‘rectificatie’ van Sison in het CPP. Eind jaren zeventig en in de jaren tachtig, toen Sison in de gevangenis zat, bleef de CPP China als socialistisch beschouwen en volgde ze haar lijn in internationale kwesties zoals het uitspreken van steun voor de Rode Khmer en het veroordelen van de Cubaanse interventie in Afrika als ‘sociaal-imperialisme’. De Chinese ambities in de regio hebben de resterende illusies van links over het Chinese ‘socialisme’ doen verdwijnen. Hooguit is er nostalgie naar wat ooit een model was voor een groot deel van de Filipijnse linkerzijde en het idee dat de confrontatie tussen de Verenigde Staten en China op de een of andere manier ruimte kan creëren voor progressieve krachten.
Verschillende wegen
Door de uiteenlopende sociale ontwikkelingen wordt links in verschillende delen van het land geconfronteerd met zeer uiteenlopende realiteiten en is het geworteld in verschillende sociale lagen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat dit tot verschillende politieke trends heeft geleid. Hoewel de invloed van de ND-traditie, waarin veel van de oudere linkse activisten hun politieke scholing kregen, nog steeds zichtbaar is, hebben RJ’s hun eigen, uiteenlopende politieke lijnen ontwikkeld.
De Partido Manggawa (PM) of Arbeiders Partij, en de Partido Lakas ng Masa (Partij van de kracht van de massa’, of in het Engels ook wel Party of the Laboring Masses [Partij van de werkende massa’s] genoemd) zijn bijvoorbeeld twee groepen waarvan de geschiedenis terug te voeren is op de ND-beweging in de regio Manilla; deze blijven het sterkst onder de stedelijke arbeiders. De oriëntatie van PM is beschreven als het ‘op de korte termijn benadrukken van de geleidelijke wederopbouw van de kracht van de vakbeweging , [waardoor de partij] een cruciale rol kon spelen in het PALEA-geschil,’ verwijzend naar een vakbondsstrijd van werknemers van Philippine Airlines dat internationale aandacht trok.(11)B Ben Reid, “Duterte and the prospects for struggle in the Philippines,” Marxist Left Review(No. 16, Winter 2018).
Andere groepen blijven meer gericht op werk op het platteland en arme boeren. De Marxistisch-Leninistische Partij van de Filipijnen, splitste zich bijvoorbeeld eind jaren negentig af van de CPP. Zij beschouwt zichzelf als erfgenaam van de ND-traditie en houdt vast aan de maoïstische strategie van de ‘Protracted People’s War’ (langdurige volksoorlog); de geleidelijke opbouw van een landelijke, op boeren gebaseerde guerrillabeweging.
In het zuiden van het land, ook voornamelijk op het platteland, is de Revolutionaire Arbeiderspartij-Mindanao actief. De naam komt van een mislukte poging in de late jaren negentig om RJ-groepen te verenigen in een Revolutionaire Arbeiderspartij-Filippijnen. De Mindanao groep verwierp de capitulatie van deze partij voor de regering en scheidde zich af.
De RPM-M is lid van de Vierde Internationale en is vooral geworteld onder proletariërs en kleine boeren op het platteland. Een belangrijk aandachtspunt voor de partij is de inheemse bevolking van Mindanao, de Lumad. Dit roept specifieke vragen op, bijvoorbeeld over de bescherming van resterende tradities van gemeenschappelijk eigendom en de werking van traditionele rechtssystemen. Het betekent ook dat de partij moet manoeuvreren tussen tegenstrijdige aanspraken op op land door Lumads en bewegingen van de moslimbevolking op het eiland, de Moros.
De politieke verschillen zijn reëel, maar sluiten niet noodzakelijkerwijs de vorming van verenigde fronten uit. Helaas belemmeren persoonlijke conflicten en rivaliteiten, die soms voortkomen uit de bittere splitsingen in de beweging, regelmatig de vorming van allianties en verzwakken ze niet-ND-links.
Maar tegen het geweld van Duterte en de steeds autoritairder wordende staat is de grootst mogelijke linkse eenheid nodig. Recente tekenen dat een dergelijke eenheid mogelijk is, zijn punten van hoop. Tijdens het laatste protest ter gelegenheid van het jaarlijkse State of the Nation Address hebben verschillende groepen, waaronder bovengrondse bondgenoten van de ND’s en niet-ND’s, samen gemobiliseerd en het podium gedeeld. En op 1 mei kwamen arbeidersorganisaties, zowel ND’s als met groepen met andere politieke achtergronden, samen.
Zelfs de ND-beweging is niet zo homogeen als haar leiders zouden willen. Vooral jongere activisten worden moe van de verdeeldheid van links. Zij zijn zich ervan bewust dat de opkomst van Duterte een symptoom is van het faillissement van de ‘elite-democratie’ en deels werd veroorzaakt door het falen van links om een alternatief te bieden.
Zoals de Filipijnse socialist Herbert Docena schreef, kan alleen door ‘de opbouw van een brede, verenigde en democratische massabeweging’ die in staat is ‘niet alleen Duterte te verdringen, maar ook andere elites die wanhopig naar de macht willen terugkeren’ te weerstaan een alternatief mogelijk worden.(12)Herbert Docena, “Why Duterte has to be ousted, and why even that won’t be enough to defend ourselves,” Rappler.com, Aug. 26, 2017. Filipijnse socialisten verdienen internationale solidariteit bij de opbouw van dit alternatief.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Grenzeloos.
Voetnoten
↑1 | Inquirer, 3 oktober 2018. Eind oktober was Maglunsod echter nog steeds aanwezig op regeringsvergaderingen. |
---|---|
↑2 | Ang Bayan, 7 juni 2016, 1. |
↑3 | Rappler.com, ‘CA grils Taguiwalo over links tot left’. Dit was tijdens een bijeenkomst waarin overwogen werd om Taguiwalo in haar kabinetspositie te handhaven. |
↑4 | Dominique Caouette, Persevering revolutionaries. Armed struggle in the 21st century. Exploring the revolution of the Communist Party of the Philippines, vol. II (unpublished PhD thesis, 2004), 397. |
↑5 | CPP-voorzitter Armando Liwanag’s (Jose Maria Sison) beweerde in een bericht ter gelegenheid van de 34e verjaardag van de CPP, 26 december 2002, dat de NPA ‘in totaal ten minste drie divisies of negen brigades of 27 bataljons van fulltime rode strijders, bewapend met krachtige geweren’ had. |
↑6 | Joshua Makalintal, ‘The challenges of building a united resistance in Duterte’s Philippines’, Waging Nonviolence, 14 maart 2018. |
↑7 | Een bijzonder pijnlijk voorbeeld was het decembernummer van Ang Bayan van 2004, dat een overzicht bevatte van ‘contrarevolutionaire Trotskisten en sociaaldemocraten’, waarin veel van niet-ND links uit die tijd was opgenomen. Uitgebreide documentatie van de moorden en de pogingen van de CPP om ze te rechtvaardigen, zijn hier te vinden. |
↑8 | Alex de Jong, ‘Muddying the Revolution’, Jacobin, 2 september 2018. |
↑9 | Uiteindelijk moest de katholieke hiërarchie haar toevlucht nemen tot een beroep op het hooggerechtshof om het wetsvoorstel onder de dekmantel van de ‘godsdienstvrijheid’ te uit te hollen. |
↑10 | Dit standpunt maakte deel uit van de ‘rectificatie’ van Sison in het CPP. Eind jaren zeventig en in de jaren tachtig, toen Sison in de gevangenis zat, bleef de CPP China als socialistisch beschouwen en volgde ze haar lijn in internationale kwesties zoals het uitspreken van steun voor de Rode Khmer en het veroordelen van de Cubaanse interventie in Afrika als ‘sociaal-imperialisme’. |
↑11 | B Ben Reid, “Duterte and the prospects for struggle in the Philippines,” Marxist Left Review(No. 16, Winter 2018). |
↑12 | Herbert Docena, “Why Duterte has to be ousted, and why even that won’t be enough to defend ourselves,” Rappler.com, Aug. 26, 2017. |