Op 8 januari was de zwaarste aardbeving sinds 2012 voelbaar in Groningen, in het noorden van Nederland. Bij het Centrum Veilig Wonen in Appingedam, waar aardbevingsschade gemeld kan worden, waren rond 20.30 uur diezelfde dag al 316 schademeldingen binnengekomen.
De beving is een waarschuwing. Niet alleen aan het kabinet maar ook aan de hele westerse wereld dat we onze manier van leven moeten aanpassen. Het is de hoogste tijd. Het nieuwe kabinet van Rutte moet nou eindelijk eens opschieten met de transitie naar schonere energievormen die de aarde niet uitputten en met het snel en ruimhartig afhandelen van de schademeldingen. Dit is bittere noodzaak, de grond zakt letterlijk onder onze voeten weg.
Gerda Onnes uit Kantens schrijft op het internet: ‘Daar waar ik woon. Waar ik woon is het advies, om onder een tafel te gaan zitten. Kasten vast te schroeven aan de muur, er geen losse dingen in te zetten… Waar ik woon is de psychische schade groot. Zijn ouders bezorgd over hun kinderen. Leven wij met angst en onmacht. Waar ik woon is ingecalculeerd dat er meer dan honderd doden gaan vallen. Gezegd op een bijeenkomst. Niet moeilijk doen, want in het verkeer vallen er meer.’
Niet voor niets gingen op 19 januari zo’n 12.000 mensen in Groningen de straat op. Het is een zeldzaam groot aantal, dat te weinig aandacht in de media kreeg – de markt waar de demonstratie begon kon de hoeveelheid niet aan en dus ging de fakkeloptocht alvast van start terwijl de manifestatie nog moest beginnen. Mensen zijn boos – en terecht. Jarenlang is de bodem onder Groningen (en andere provincies overigens) leeg getrokken en van al de winst die dat de Nederlandse staat opleverde ging een fractie terug naar onze provincie. De houding van de overheid is altijd laks geweest, het belangrijkst was dat de gaskraan (en daarmee de geldkraan) bleef stromen.
Vanaf het allereerste begin van de gaswinning is er gewaarschuwd voor de gevolgen. In een ingezonden brief naar het Nieuwsblad van het Noorden schrijft Ir. Meiborg op 8 november 1963: ‘Nog is er geen gas in huis of in de kranten staat al hoe groot de winsten voor de Staat (Holland!) en voor de oliemaatschappijen zullen zijn enz. Maar welke voordelen zullen ter beschikking worden gesteld voor de besturen en voor de bewoners der noordelijke provincies?… Belangrijke bedragen zullen gereserveerd moeten worden voor allerlei te duchten calamiteiten zoals b.v. in de toekomst te verwachten bodemdalingen.’ Zowel de NAM (Nederlandse Aardolie Maatschappij, een joint venture van Shell en ExxonMobile) als de regeringen schoven de waarschuwingen jaar in, jaar uit onder het tapijt.
Waarschuwing
De tijd dat we in de illusie leefden dat we ongestoord de aarde kunnen leegtrekken zonder er gevolg van te ondervinden ligt achter ons. De Hopi (een oorspronkelijke Amerikanenstam) kennen deze uitspraak ‘If we dig precious things from the land, we will invite disaster.’ – ‘Als we kostbare dingen opgraven, vragen we om een ramp.’ En zo is het maar net. Gaswinning leidt tot aardbevingen en luchtvervuiling. Oliewinning tot oorlogen, ernstige aantasting van de ozonlaag met de bijbehorende opwarming van de aarde – die weer leidt tot allerlei rampen en extreem weer.
Achter het winnen van olie en gas zit het rijk willen worden en blijven als motivatie verstopt. De verkeerde verdeling van rijkdom heeft zo onwaarschijnlijk veel leed tot gevolg. We moeten niet alleen ophouden de aarde en de atmosfeer om de aarde te vervuilen maar ook beseffen dat het kapitalistische systeem van snel geld verdienen en consumeren in een rap tempo failliet aan het raken is. En in zekere zin was het dat altijd al.
Obed Brinkman is muzikant, fotograaf en activist in Groningen
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op socialisme.nu.