Het in augustus gepubliceerde IPCC-rapport is hard en helder: de opwarming van de aarde gaat veel sneller dan gedacht, is onomstotelijk het gevolg van menselijke activiteit en we stormen nog steeds af op catastrofale opwarming. In delta Nederland staat het water ons daadwerkelijk aan de lippen – Rutte en consoorten zien dit voornamelijk als lucratief verdienmodel in plaats van existentiële dreiging.
Waar het eerder gelekte IPCC-rapport in juni bijna volledig genegeerd werd door de Nederlandse pers, domineerde ditzelfde rapport bij haar officiële publicatie de kranten en sociale media. Het rapport, dat door zeer bezorgde wetenschappers wordt aangekondigd als ‘code rood voor de mensheid’ heeft een duidelijk andere toon dan de voorgaande rapporten. Waar in eerdere rapporten nog werd gesproken over waarschijnlijkheden en onzekerheden, spreekt het huidige rapport over ‘onbetwistbare’ en ‘onmiskenbare’ feiten: dit zijn de conclusies van jarenlange zeer gedegen en gedetailleerde studies naar het functioneren van de klimaatsystemen op aarde.
De door het IPCC gepubliceerde rapporten zijn gigantisch: honderden wetenschappers dragen bij aan het schrijven en goedkeuren van de stukken en het huidige rapport telt meer dan drieduizend pagina’s. Op deze manier wordt er gepoogd om een zo compleet en onderbouwd mogelijk inzicht te bieden in het functioneren van het – veranderende – klimaat van de aarde. Het nieuwste rapport richt zich enkel op de klimaatwetenschap en dus niet op de gevolgen van de ontluikende klimaatcrisis op de mensheid en de biodiversiteit. De klimaatwetenschap heeft de afgelopen jaren grote sprongen vooruit gemaakt en daardoor kunnen er in het huidige rapport met flink meer precisie voorspellingen over de toekomst worden gedaan.
Ongekend
Wiskundige en natuurwetenschappelijke modellen van de toekomst zijn sterk verbeterd en beter onderbouwd door jarenlange dataverzameling over het klimaat. Daarnaast zorgen uitgebreide datasets over historische en prehistorische klimaatomstandigheden dat er met sterkere onderbouwing gesproken kan worden over het klimaat van het verleden. Er kan met zekerheid worden gesteld dat het klimaat honderdduizenden jaren stabiel is geweest. Zelfs tijdens lange cycli van ijstijden gevolgd door warmere periodes is er niet zoveel afwijking te zien van de gemiddelde CO2-concentratie in de atmosfeer, gemeten over miljoenen jaren, als wat we nu zien. Om de huidige CO2-concentraties te vinden moeten we zelfs twee miljoen jaar terug in de tijd. De huidige verandering van temperatuur en CO2-concentratie is ongekend in de geschiedenis van de aarde en daarmee een gigantische bedreiging voor het voortbestaan van al het bestaande leven op aarde. In principe is dit geen nieuwe informatie, maar de decennialange vermoedens zijn nu met solide data onderbouwd. Beleidsmakers en politici kunnen zich niet meer verschuilen achter onzekerheden en marges.
Een andere belangrijke conclusie uit het rapport is, dat zolang de CO2– concentratie blijft stijgen, de temperaturen mee zullen stijgen: er is geen sprake van een afvlakking in temperatuurstijging. De enige conclusie die hieruit kan worden getrokken is, dat de netto CO2-uitstoot totaal moet worden teruggebracht naar nul om escalerende opwarming tegen te gaan. En zelfs wanneer dit lukt, zal het nog enkele decennia duren voordat het klimaat weer stabiliseert. Daarnaast is het belangrijk om te benoemen dat er altijd wordt gesproken over een gemiddelde opwarming over de hele aarde, maar dat deze opwarming niet gelijk verdeeld is: temperaturen stijgen het snelst op de polen (met het rap smelten van ijskappen tot gevolg) en het minst boven de oceanen – waardoor de situatie op land ook erger is dan de gemiddelden doen vermoeden.
Zeespiegelstijging
Rutte noemde het rapport zorgelijk en gaf toe dat er een gat zit tussen de Nederlandse doelstellingen en het huidige beleid. Echter legde de VVD (liberalen) de verantwoordelijkheid al snel naast zich neer door te wijzen naar ‘andere landen’. Nederland is internationaal gezien een grote vis op gebied van vervuiling: de havens van Amsterdam en Rotterdam behoren tot de grootste fossiele havens van Europa, Nederland is al decennia Europa’s grootste vleesexporteur, Schiphol speelt een centrale rol in het wereldwijde vliegverkeer en één van ’s werelds grootste fossiele bedrijven komt van Nederlandse bodem. In plaats van gepaste bescheidenheid en serieuze transitie-maatregelen, verschuilt de VVD zich achter andere landen en ziet Rutte een lucratief exportproduct voor Nederland ontstaan: de deltawerken.
Het nieuwste IPCC-rapport brengt ook meer zekerheid over de te verwachte zeespiegelstijging waar de Nederlandse delta-technieken ons tegen zouden moeten beschermen. Zelfs in het onwaarschijnlijke scenario dat we de komende decennia de CO2-uitstoot naar nul verlagen, zal Nederland met minimaal 40 cm zeespiegelstijging te maken krijgen aan het eind van de eeuw – dit omdat de zeespiegelstijging een zwaar vertraagd effect is van de stijging van de wereldwijde temperatuur. Wanneer de uitstoot op zijn huidige niveau blijft, verwachten we een stijging van minimaal 80 cm eind deze eeuw. In de meest donkere scenario’s zal de zeespiegel van de Noordzee de komende 200 jaar zo’n 2 tot 8 meter stijgen – daar zijn geen dijken tegen op te bouwen.
De kwaliteit van dit Nederlandse ‘exportproduct’ is daarnaast ook twijfelachtig, bij het KNMI was er in 2019 maar 1,2 fte beschikbaar voor zeespiegelonderzoek en de uitdaging is complexer dan simpelweg het verhogen van de dijken en het opspuiten van zand-eilanden voor de kust. Wat voor de corona-ontkennende troepen van Willem Engel als een complot klinkt – namelijk dat de dreiging van het water niet alleen van de zee komt, maar ook van de rivieren – is een logisch gevolg van klimaatverandering. Hogere temperaturen zorgen voor meer en extremere regenval gecombineerd met grotere hoeveelheden smeltwater. De Nederlandse rivierdelta is de enige afvoerroute naar de zee voor al dit water. Wanneer de zeespiegel flink stijgt kan het water van de rivieren niet meer vrij wegstromen en moet het worden weggepompt– iets dat een steeds intensievere en uitdagendere taak wordt. Daarnaast zal een stevige zeespiegelstijging voor meer verzilting van de bodem zorgen, die de grond uiteindelijk ongeschikt zal maken voor de landbouw.
Bovenop de dreiging van het water van beide kanten, speelt er nóg een factor: het verzakken van de bodem. Door het wegpompen van water om onze voeten droog te houden en het bouwen van zware gebouwen en wegen op moerasachtige grond, zakt de grond van Nederland langzaam naar beneden – hierdoor stijgt de zeespiegel extra snel ten opzichte van het landniveau. Dit is des te meer het geval wanneer er ook nog eens gas wordt gewonnen. Het is dan ook bijna niet te geloven dat de Nederlandse staat recentelijk toestemming heeft gegeven voor het openen van nieuwe gasvelden in Drenthe – waarbij niet alleen tonnen CO2 in de lucht zullen belanden, maar waardoor de bodem ook nog eens enkele centimeters extra zal zakken.
Het is wel duidelijk dat Rutte en consorten zich vooral met andere zaken bezighouden dan de lange termijn veiligheid van Nederland. Terwijl wij langzamerhand wegzakken, is de Nederlandse staat vooral bezig om onze concurrentiepositie te bewaken en geld te verdienen met de verkoop van onze kennis over waterbeheersing. De meest kwetsbare deltagebieden, zoals eilandstaten uit de Stille Oceaan en Bangladesh, zullen deze Nederlandse technieken niet kunnen betalen. Zoals het coronabeleid ons ook heeft laten zien is de enige bedreiging waar Rutte zich druk om maakt die van de winsten.
COP26
Het IPCC-rapport is gepubliceerd in de aanloop naar de COP26, deze november in Glasgow. Op deze internationale vergadering zullen er nieuwe doelstellingen worden vastgesteld. Ondanks de hardere toon van het rapport zijn de verwachtingen voor hardere doelstellingen en internationale afspraken gering. Traditioneel gezien zijn de afspraken op deze COP’s niet bindend en gaan ze gepaard met gigantische greenwashing evenementen van de fossiele industrie. En zoals het Urgendavonnis ons heeft laten zien, trekken de meeste staten zich ook weinig aan van de afgesproken doelstellingen.
Het is dan ook een teleurstelling dat vele milieuclubs en NGO’s blijven vasthouden aan een strategie van lobby in de bestuurskamers. Klimaatchaos is allang de realiteit en wordt met de dag moeilijker om tegen te houden. Alleen een massabeweging die recht tegen de belangen van de fossiele industrie en de heersende klasse in durft te gaan, zal in staat zijn om zinnige verandering af te dwingen. Het is dan ook van groot belang dat wij ons in de aanloop naar de COP en de periode daarna massaal op straat laten zien.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op socialisme.nu.