Nooit eerder manifesteerde zich in India op de Dag van de Republiek (26 januari) een massabeweging van zo’n ongekende omvang die opkwam voor het recht op publiek landbezit. De straten van Delhi werden verlevendigd door spontane marsen van honderdduizenden boeren die serieus gehoord willen worden in hun strijd die de gehele Indiase maatschappij aangaat.
De autoriteiten hadden er alles aan gedaan om de marsen te stoppen en in diskrediet te brengen. De meest ironische bewering was wel dat deze demonstratie een ‘samenzwering’ was om India voor de hele wereld te belasteren door middel van een tractorparade in de hoofdstad. De strijdende boeren bewezen juist dat ze de ‘grootste democratie ter wereld’ willen verdedigen tegen het huidige regime dat zich er niets gelegen aan laat liggen om af te schaffen wat er nog over is aan democratische rechten.
Eerder ontstond er een interessante wending, toen de regering op 20 januari 2021 voorstelde om de drie omstreden landbouwwetten voor anderhalf jaar op te schorten. Daarnaast zou in een gezamenlijk op te richten comité de wetgeving besproken kunnen worden. Het voorstel werd gedaan tijdens de tiende gespreksronde met de boerenvakbonden.
Samjukta Kisan Morcha – Verenigd Front van meer dan veertig boerenvakbonden – wees het aanbod echter de volgende dag af. Dit versterkte de voortzetting van de beweging, nadat de drie anti boerenwetten volledig werden ingetrokken. Het Verenigd Comité dat geheel India bestrijkt, was ook vastbesloten om zijn geplande tractorparade op de Dag van de Republiek uit te voeren.
Een paar dagen eerder had het Hooggerechtshof de intentie uitgesproken om de uitvoering van de controversiële landbouwwetten op te schorten. Ook stelde het voor om een onafhankelijke commissie te vormen onder voorzitterschap van een voormalige opperrechter om de impasse tussen de boeren en de regering in der minne te schikken. Natuurlijk werd er getwijfeld aan de onafhankelijkheid van de commissie, maar de eerste tekenen van toegevingen waren duidelijk.
Regering doet stap terug
Gezien de strijdlustige en vijandige opstelling van de regering – zeker nadat deze in 2019 voor de tweede keer werd verkozen – leek de aankondiging van de minister van Landbouw misschien wat ongebruikelijk, maar niet geheel verrassend. De regering hoopte zo de vakbonden die vastbesloten waren tot de tractorparade, te dwingen om hun maandenlange agitatie te ‘heroverwegen’ en de blokkade van de hoofdstad op te heffen.
Eerdere maatregelen, onder bedreiging en intimidatie, om de boeren te ontmoedigen, waren tevergeefs. In een poging het verzet in diskrediet te brengen, volgden beschuldigingen over de infiltratie door separatistische groeperingen. Dit smerige spel resulteerde in een blamage voor de ministers die verantwoordelijk waren voor de onderhandelingen met boerenvakbonden. Zij hadden geen andere keus dan de beschuldigingen af te wijzen en hun handen in onschuld te wassen.
De voortdurende agitatie door de vakbonden, de dreiging van de aard van de protesten op de Dag van de Republiek en de weigering van de hoogste rechtbank om een verbod uit te vaardigen, waren slechts de directe oorzaken voor het compromis. Het is vooral een laatste, wanhopige poging om deze groeiende onrust te beheersen die zich naar andere delen van het land kan verspreiden. De moederorganisatie van de fascistische brigade RSS (Rashtriya Swayamsevak Sangh) was ook zenuwachtig over de verdere voortzetting van dit goed georganiseerde protest. Een prominent lid uitte in een interview met de Indian Express zijn bezorgdheid over de stabiliteit van de regering in het licht van de huidige verzetsbeweging.
Landbouwcrisis
De gevoerde strijd is tot zover zeker succesvol geweest. De massale acties hebben de regering tot de terugtocht gedwongen. Miljoenen boeren vochten meedogenloos, met hun rug tegen de muur. Een gevecht voor de controle over hun eigen leven en bestaanszekerheid, tegen de overheersing van de grote agro-industriële bedrijven, waar deze regering zich zo hard voor maakt.
Sinds drie decennia overspoelt de diepe landbouwcrisis het land. Dit heeft ertoe geleid dat meer dan driehonderdduizend boeren zelfmoord hebben gepleegd vanwege een ernstige schuldenlast. De voortdurende noodsituatie op het platteland dwingt duizenden hun dorpen te verlaten om naar stedelijke centra te migreren, in het vooruitzicht van een onzekere en mogelijk uitzichtloze toekomst.
Een grotere politieke strijd zal nodig zijn om deze problemen te overwinnen. De huidige strijd biedt hiervoor een serieus perspectief. Ze heeft hoop gewekt in de hoofden van miljoenen die dit fascistische regime willen bestrijden en de democratische ziel van het land willen herwinnen.
De recente landbouwbegroting plus de nieuwe arbeidswetgeving zijn pogingen om een ongekend groot aantal hervormingen door te voeren in het belang van de kapitaalkrachtigste ondernemers. Dit geeft hun alle ruimte om de economie naar de hand te zetten. Het is dan ook geen verrassing dat zij dit beleid toejuichen en steunen.
De arbeidswetgeving is een poging om de werkgelegenheid te flexibiliseren door bazen het recht te geven werknemers ‘aan te nemen en te ontslaan’, een rechtse reactie op de agrarische crisis en tegelijk een afschaffing van de minimale wettelijke bescherming voor werknemers.
Neoliberale agenda
Rechts krijgt bekwame ondersteuning van de media en een gezelschap van economen die ‘zeer onder de indruk’ zijn van de hervormingsplannen. Geprobeerd wordt om de publieke opinie te enthousiasmeren voor de wetgeving. Velen zijn zo ver gegaan dat deze wetten worden aangekondigd als iets dat een revolutie teweeg zal brengen in de Indiase landbouwsector. Gelukkig houden de boeren zich niet bezig met deze ‘verlichting’.
De kracht en het prestige van de boerenopstand vloeien voort uit de moed en de tactische vindingrijkheid van een beweging die een reële economische basis heeft. Het is een bevestiging van het feit dat de neoliberale agenda die alle politieke partijen in India zich eigen hebben gemaakt, inclusief delen van de hoofdstroom van links, nog steeds van onderaf wordt weerstaan. De veerkracht van de boeren en hun organisaties zijn voorbeeldig en politiek veel radicaler dan de bestaande linkse partijen.
Crisis van links
De crisis van links verklaart gedeeltelijk het relatieve gebrek aan daadkracht van de vakbonden en de arbeidersbeweging in het algemeen om de huidige protesten volledig te steunen. Arbeiders hebben voorzichtige pogingen gedaan zich aan te sluiten bij de opstandige boeren. Mogelijk uit vrees een gouden kans te missen om een vergelijkbaar offensief te lanceren en het ijzer te smeden nu het vuur heet is. Dat zou de arbeidersbelangen uitstekend kunnen dienen. Helaas worden de belangrijkste vakbonden van het land gecontroleerd door de ene of de andere politieke partij. Bij gebrek aan een echt onafhankelijke organisatie, fungeren deze vakbonden vooral als satellieten van hun ‘moederorganisaties’. Misschien verklaart dit partijgebonden vakbondswerk de zwakke reactie van de arbeidersklasse op de huidige boerenbeweging.
De kracht van deze beweging die zichzelf organiseert zou een voorbeeld moeten zijn om tot onafhankelijk optredende vakbonden te komen. Het is mogelijk en tegelijk is er geen andere keuze! Er is al veel te veel toegegeven. Dat blijkt zowel uit de huidige ontwikkeling van de strijd als uit haar geschiedenis.
Deze beweging is erg belangrijk voor links. Hoewel elke poging om dit te zien als een boerenopstand om de staatsmacht te veroveren onzinnig zou zijn, is het ook niet een beweging van alleen ‘rijke boeren’, zoals bepaalde delen van links suggereren. De boeren vechten voor hun overleving op korte en langere termijn.
Het zou misdadig zijn als ‘links’ vanwege een doorgeslagen sektarisme de kans laat lopen op de vorming van een onbetwistbare oppositie tegen Hindutva (Hindoe nationalisten) die uit de door de tijd versleten ideologische cocons komt. We moeten nu alles in het werk stellen om deze protesten om te zetten in een bredere, antikapitalistische volksstrijd, tegen het fascistische regime.
Het huidige momentum kan worden verdiept door de eisen van verschillende sectoren mee te nemen. Eisen voor onder meer het scheppen van werkgelegenheid, voedselzekerheid en voedselsoevereiniteit zouden de aantrekking en de kracht van deze beweging onder de massa’s in verschillende regio’s versterken. Het nastreven van deze eisen zou de beweging niet alleen helpen om steun te krijgen onder de werkende bevolking, maar het zal ook de vertegenwoordigers van de secties van de rijke boeren naar de marge duwen.
Er is een dringende behoefte om solidariteit op te bouwen met de arbeidersstrijd die elders plaatsvindt.
Beweging van onderaf
De huidige strijd helpt ons de aandacht te vestigen op een andere belangrijke vraag: kunnen de fascistische krachten worden verslagen door electorale coalities te vormen, of kunnen ze het beste worden aangepakt door krachtige massamobilisatie van onderaf? Mogelijke electorale opties moeten niet geheel worden uitgesloten.
Het is zeker van belang aandacht te besteden aan de evolutie van de Indiase verkiezingen en het traject van de rechtervleugel. De verschillende fascistische strijdgroepen hebben sinds de jaren vijftig een consistente ultrarechte politiek bedreven – niet gehinderd door electorale nederlagen of een alliantie met ‘seculiere’ troepen. We herinneren ons het optimisme van een deel van de liberalen heel goed, toen extreemrechts toetrad tot de hindoe nationalistische partij om in 1977 de regering te vormen. Velen zagen dit als een inperking, salonfähig maken van dit ‘nationalistische project’. De geschiedenis toont dat dit optimisme totaal misplaatst is.
Een zoektocht naar een kleiner kwaad in de vorm van een alliantie met relatief ‘onschadelijke’ burgerlijke bondgenoten, zal echter fungeren als een obstakel in plaats van echte kansen voor de organisatie van sociale strijd en sociale bewegingen. De strijd van de boeren en de gedeeltelijke opmars ervan hebben ons de weg gewezen. Sterke bewegingen van onderaf hebben de potentie om het hindoe nationalisme aan te pakken, veel meer dan de vorming van electorale allianties.
Wat zal het lot zijn van deze boerenbeweging over zes maanden? We weten het niet, maar het is de moeite waard om te denken aan het oude Chinese spreekwoord een reis van duizend mijl moet beginnen met een enkele stap.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op International Viewpoint, Nederlandse vertaling: Roland Sibe voor Solidariteit.