In een steeds instabielere en complexere internationale situatie moet links drie fundamentele principes in gedachten houden: 1. Consistent anti-imperialisme; 2. Erkenning van het zelfbeschikkingsrecht van volkeren; 3. Ondersteuning van de strijd van de uitgebuitenen en onderdrukten in alle staten en naties.
Het eerste punt omvat zeker de strijd tegen het imperialisme van de VS en de NAVO. Wij verwerpen het idee dat de NAVO of haar lidstaten een democratische macht zijn. Sommige NAVO-leden (Turkije) zijn verre van democratische regeringen, zelfs volgens de minst veeleisende criteria. Sommige NAVO-bondgenoten zijn ronduit ondemocratisch (Saoedi-Arabië). Bij meer dan één gelegenheid hebben NAVO-leden de omverwerping van democratisch verkozen regeringen gesteund en degenen beschermd die die regeringen ten val brachten. Eenvoudig gezegd: de NAVO is een arm van het Westerse imperialisme en van het Amerikaanse imperialisme binnen het Westerse imperialistische blok (er bestaan en bestonden spanningen binnen dat blok).
Het idee dat de NAVO zou ophouden te bestaan na het verdwijnen van de Sovjet-Unie en het Warschaupact was gebaseerd op het inzicht dat haar bestaansreden de Koude Oorlog tegen de Sovjet-Unie en haar bondgenoten was. Maar dat was slechts een deel van het doel: het bredere doel is de verdediging van de westerse imperialistische (en kapitalistische) heerschappij op mondiaal niveau, tegen elke bedreiging. In de afgelopen decennia omvatte dat het opleggen van de neoliberale orde over de hele planeet. Dat is de reden waarom de ondergang van de Sovjet-Unie en het Warschaupact, in plaats van te leiden tot de ontbinding van de NAVO, werd gevolgd door haar uitbreiding naar het oosten en haar herdefiniëring als een ‘veiligheidspact’, dat in staat is om op te treden buiten de grenzen van haar lidstaten. En de wrijvingen die deze uitbreiding veroorzaakte, leidden tot een verergering van de spanningen, wat ongetwijfeld een van de oorzaken is van het huidige conflict tussen de NAVO en de Russische Federatie. Degenen die de rol van de NAVO-expansie in de voorbereiding van het conflict aan de kaak stellen, hebben gelijk. Dat is ongetwijfeld een aspect van de oorlog dat we niet uit het oog mogen verliezen.
Hoe moet links reageren op het NAVO-expansionisme en de imperialistische politiek van het Westen? De algemene lijn van deze reactie is welbekend. Het omvat het opbouwen van een verdediging van de levensstandaard en de directe belangen van de meerderheid; het koppelen van die verdediging aan een anti-militair, anti-interventionistisch beleid, terwijl we strijden om die beweging een steeds duidelijker antikapitalistische oriëntatie te geven.
Hoewel we het imperialisme van de VS en de NAVO bestrijden, moeten we het imperialisme niet reduceren tot zijn westerse variant. De transformaties in Rusland en China gedurende de laatste decennia hebben twee grote kapitalistische machten gecreëerd die geïnteresseerd zijn in het consolideren van hun eigen invloedssferen en politieke-, economische- en militaire controle en het projecteren van hun belangen buiten hun grenzen. Het feit dat die imperialistische projecten zwakker zijn dan het westerse imperialisme verandert niets aan hun inhoud of aard. We worden, zoals Lenin in zijn klassieke studie beschreef, geconfronteerd met een wereld van groeiende inter-imperialistische conflicten. De uitbreiding van de NAVO naar het oosten botst met de poging van de Russische Federatie om haar eigen invloedssfeer te creëren in gebieden van de voormalige Sovjet-Unie. Het overwicht van de Verenigde Staten en hun bondgenoten in Azië en de Stille Oceaan botst met de doelstelling van China om zijn invloedssfeer in die uitgestrekte regio uit te breiden.
Degenen die beweren dat Poetin of China reageren op het westerse imperialisme hebben gelijk: Westers imperialisme is een dominante en agressieve kracht. Maar het moet worden onderstreept dat de Russische en Chinese regeringen reageren, niet als anti-imperialistische krachten, maar met hun eigen plannen voor controle en dominantie. De invasie van Oekraïne door de Russische federatie is onderdeel van dat imperialistische beleid en als zodanig een duidelijke schending van het zelfbeschikkingsrecht van naties. Dat recht bevestigend, moeten we het Oekraïense verzet erkennen als een rechtvaardige oorlog tegen imperialistische agressie. We verwerpen het NAVO-expansionisme, maar verwerping van het NAVO-expansionisme impliceert geen steun voor het Russische expansionisme, als we ons willen houden aan de eerste twee principes die hierboven zijn genoemd. We steunen de bewegingen in Rusland die campagne voeren tegen Poetins oorlog tegen Oekraïne.
Sommigen ter linkerzijde houden vol dat de argumenten van Poetin met betrekking tot de uitbreiding van de NAVO en het Amerikaanse imperialisme waar zijn. Het Westen, zo heeft Poetin betoogd, heeft geen moreel recht om over democratie te spreken. Er zijn inderdaad genoeg misdaden van het VS- en NAVO-imperialisme die iedereen, Poetin incluis, kan aanwijzen en veroordelen. Daarom verzetten we ons resoluut tegen het westerse imperialisme. Maar de misdaden van het Westerse imperialisme zijn geen reden om het Russische imperialisme te steunen. Welk moreel recht heeft de Russische kapitalistische oligarchie om over democratie te spreken? Noch het Westerse imperialisme, noch Poetin hebben in dat opzicht enig recht van spreken.
De arbeidersklasse en onderdrukte volkeren moeten het NAVO-expansionisme bestrijden door organisatie en mobilisatie tegen militarisme en imperialisme, gekoppeld aan de strijd tegen neoliberalisme, bezuinigingen en het veelzijdige werkgeversoffensief (tegen pensioenen, lonen, arbeidsrechten en sociale voorzieningen) en ter verdediging van democratische rechten (vrouwenrechten, reproductieve rechten en LHBTQ-rechten). Een anti-imperialistische regering in Rusland (of elders) zou zich bij deze bewegingen aansluiten. Zij zou, samen met hen, de enorme verspilling van middelen in militaire projecten aan de kaak stellen en zelf de democratische agenda van de arbeidersklasse aannemen en uitvoeren. Maar dat is niet Poetins agenda of programma. Als vertegenwoordiger van een kapitalistische oligarchie is dat niet hoe hij reageert op de expansiedrift van de NAVO. Hij voert eerder zijn eigen imperialistische agenda uit, een spiegelbeeld van zijn imperialistische rivalen. Als anti-imperialisten verwerpen wij zowel het NAVO-imperialisme als Poetins imperialistische reactie daarop, evenals het volksvijandige en antidemocratische beleid dat ermee gepaard gaat.
Er moet worden benadrukt dat, aangezien elk imperialisme agressief en roofzuchtig is, hun wederzijdse beschuldigingen vaak waar zijn. Tijdens de Eerste Wereldoorlog hekelden Duitse sociaal-patriotten het despotische karakter van het tsarisme en hekelde het Franse imperialisme het Duitse militarisme. Na de oorlog hekelde het Duitse imperialisme het misbruik van de vrede van Versailles en het Japanse imperialisme de excessen van het Westerse imperialisme in Azië. Het waren allemaal terechte beschuldigingen. Maar geen enkele rechtvaardigde de steun aan het Duitse, Russische of Franse imperialisme tijdens de oorlog, of de Duitse herbewapening na de oorlog, of het Japanse imperialisme tegen het Westerse imperialisme, laat staan de steun aan de Japanse invasie van Indochina, Indonesië of de Filippijnen. Op dezelfde manier kan onze afwijzing van de NAVO en het westerse imperialisme er niet toe leiden dat we de invasie van Oekraïne door de Russische Federatie steunen (of tolereren of niet aan de kaak stellen).
Na de Eerste Wereldoorlog legden de imperialistische overwinnaars harde en vernederende voorwaarden op aan het verslagen Duitsland. Zoals sommigen toen al voorspelden, droeg dat bij aan de opkomst van een hernieuwd Duits nationalisme en imperialisme, dat uit de opgelegde grenzen wilde breken. Links kon veel van de voorwaarden die in Versailles waren opgelegd en het wraakzuchtige beleid van de imperialistische overwinnaar aan de kaak stellen en deed dat ook. Maar dat veranderde het herlevende Duitse nationalisme en imperialisme niet in een progressieve of anti-imperialistische kracht. Hetzelfde geldt voor de rampzalige gevolgen van de kapitalistische schoktherapie die in de jaren negentig door de Verenigde Staten en hun bondgenoten in Rusland werd gepromoot. Dat was zeker een factor die een nationalistische reactie onder Poetin voedde, in een poging om iets van de economische schade te herstellen die onder Jeltsin (en Amerikaanse adviseurs, zoals Jeffrey Sachs) was aangericht. We kunnen en moeten wijzen op de rol en gedeeltelijke verantwoordelijkheid van het Westen in dat alles, maar, net als in het geval van een herlevend Duits nationalisme in de jaren 1930, maakt dit Poetin nog geen anti-imperialist.
Links wordt nu geconfronteerd met een groot gevaar. Als links in een wereld van verscherpte inter-imperialistische conflicten vasthoudt aan de notie van de VS en zijn bondgenoten als het enige imperialisme, loopt het het risico af te glijden van anti-imperialisme naar alter-imperialisme: zich niet verzetten tegen alle imperialistische machten en projecten, maar alleen tegen één of enkele, terwijl het andere expliciet of stilzwijgend steunt.
Kortom, we wijzen het NAVO-imperialisme af, maar niet om het expansionisme van de Russische Federatie onder leiding van Poetin te steunen. We wijzen het ene imperialisme niet af om het andere te steunen. We zijn anti-imperialisten, geen alter-imperialisten. Daarom verwerpen we ondubbelzinnig de invasie en bezetting van gebieden in Oekraïne door de Russische Federatie, terwijl we het westerse imperialisme veroordelen.
Hetzelfde geldt voor de andere kant van het huidige inter-imperialistische conflict. Ons verzet tegen Russisch expansionisme mag niet leiden tot sympathieën of illusies met betrekking tot het NAVO-imperialisme. Ook dat zou een afglijden zijn van anti- naar alter-imperialisme.
Steun voor het Oekraïense verzet betekent niet dat we de regering van Zelensky goedkeuren. Dat komt overeen met het derde principe hierboven. Het is waar dat de regering van Zelensky openlijk antidemocratische, repressieve, arbeidersvijandige en neoliberale maatregelen heeft bestendigd of geïnitieerd. Dat beleid moet aan de kaak worden gesteld. De tegenstanders moeten worden gesteund.
Maar het is één ding om je te verzetten tegen Zelensky of het beleid van Zelensky, het is iets heel anders om de interventie van Poetin of de Russische bezetting te steunen. Zelensky’s reactionaire politiek is een reden om tegen hem of zijn regering te zijn, niet om Poetins invasie te steunen. Links kan Poetin niet omarmen als agent van zijn democratische agenda. Als Zelensky verwijderd moet worden, dan is dat een taak voor het Oekraïense volk, niet voor Poetin.
Verschillende stemmen hebben de aanwezigheid van extreemrechtse krachten in Oekraïne aan de kaak gesteld. Over hun gewicht valt te twisten. Toch geldt hetzelfde: hun aanwezigheid moet worden bestreden en aan de kaak gesteld, maar hun aanwezigheid rechtvaardigt niet de invasie onder leiding van Poetin of steun voor die invasie.
Laten we het precedent van China en het Japanse imperialisme in herinnering brengen. In de jaren dertig steunde internationaal links China tegen de Japanse agressie. Links koos de kant van China, ook al werd de regering gecontroleerd door het repressieve en corrupte Guomindang-apparaat, geleid door Chiang Kai-Shek (fel anticommunist en dader van het bloedbad van 1927), een regering die werd gesteund door het westerse imperialisme. Het Chinese verzet was een rechtvaardige strijd tegen het Japanse imperialisme, ondanks de aard van de regering en de steun die het kreeg van rivaliserende imperialisten. Op dezelfde manier is het Oekraïense verzet een rechtvaardige strijd tegen de Russische agressie, ondanks de aard van zijn regering en de steun die het kreeg van rivaliserende imperialisten.
Het hier geschetste standpunt sluit nauw aan bij Lenins opvattingen over deze kwestie. Lenin onderstreepte de noodzaak om alle vormen van nationale onderdrukking te bestrijden, wat op zijn beurt de erkenning van het zelfbeschikkingsrecht van naties vereiste. Het tsarisme had bij velen in de onderdrukte naties van het rijk, waaronder Oekraïne, haat tegen Rusland gekweekt. Het einde van die onderdrukking en de hoop op verzoening tussen de volkeren die door het tsarisme van elkaar vervreemd waren, vereisten naast andere maatregelen de erkenning van het zelfbeschikkingsrecht. Poetin begrijpt dit op zijn eigen manier heel goed: hij geeft Lenin openlijk de schuld van de onafhankelijkheid van Oekraïne, die hij beschouwt als een misdaad tegen Rusland die hij met zijn invasie probeert recht te zetten. Logischerwijs verwerpt hij ook Lenins doctrine van het zelfbeschikkingsrecht van naties, dat hij absurd en onhoudbaar vindt. Bewust of niet, degenen in Rusland (of elders) die strijden tegen de oorlog van Poetin en het zelfbeschikkingsrecht van Oekraïne verdedigen, hernemen Lenins oriëntatie.
Maar Lenin stelt ook dat alle nationale culturen en alle nationalismen, inclusief het nationalisme van de onderdrukten, aspecten bevatten die ondemocratisch, onderdrukkend, discriminerend en chauvinistisch zijn. Dezelfde democratische impuls die de strijd tegen nationale onderdrukking inspireert, gebiedt ons te strijden tegen die onderdrukkende aspecten die in alle nationale culturen aanwezig zijn en die kenmerkend zijn voor alle nationalismen. In de strijd tegen het Amerikaanse kolonialisme in Puerto Rico (om te spreken over de strijd waar ik sinds de jaren ’70 bij betrokken ben) moeten we bijvoorbeeld ook strijden tegen de conservatieve, seksistische, racistische aspecten van de Puerto Ricaanse cultuur.
Dat geldt voor Oekraïne en alle landen die met imperialistische agressie te maken hebben. Terwijl we strijden tegen het Russische imperialisme, moeten we ook strijden tegen de reactionaire dimensies van het Oekraïense nationalisme. Russische agressie bestrijden maar dit negeren zou inconsistent zijn vanuit een democratisch en bevrijdend perspectief. Het is evenmin juist om de reactionaire aspecten van het Oekraïense nationalisme in te zetten om de Russische agressie te steunen: dat zou even inconsistent zijn vanuit een democratisch en anti-imperialistisch perspectief.
Om zich te verzetten moet Oekraïne wapens verkrijgen waar het maar kan. Zonder dat recht te erkennen, wordt de veroordeling van Poetins invasie een loos gebaar. In de huidige context kan Oekraïne die wapens alleen krijgen in het imperialistische kamp van de NAVO. Er is geen tegenstelling tussen het veroordelen van het NAVO-imperialisme en het steunen van het gebruik door Oekraïne van zijn militaire voorraden om weerstand te bieden aan de Russische agressie. In tegenstelling tot veel mensen in Oekraïne koesteren we geen illusies over de NAVO, noch zullen we oproepen tot het stopzetten van de stroom militair materiaal die nodig is voor een effectief verzet.
Hetzelfde geldt elders. Geconfronteerd met Amerikaanse agressie erkennen we het recht van bijvoorbeeld Cuba of Venezuela om materiële en militaire steun te zoeken waar ze die ook kunnen krijgen, inclusief een rivaliserend imperialisme zoals Rusland. We koesteren geen illusies over Poetin, noch roepen we op tot het stopzetten van de stroom militaire middelen die nodig is voor een effectief verzet tegen de Amerikaanse agressie. Nogmaals: dat is de enige manier om consequente anti-imperialisten te blijven in plaats van een versie van alter-imperialisme te omarmen.
Alter-imperialisme zou ons laten kiezen tussen imperialismes. Voor sommigen impliceert elk verzet tegen de NAVO steun voor Poetin. Als we ons tegen het Russische imperialisme willen verzetten, moeten we ons aan de kant van het NAVO-imperialisme scharen. Voor anderen is verzet tegen Poetin een teken van pro-NAVO sympathieën. Om het NAVO-imperialisme te bestrijden, willen ze dat we het Russische imperialisme omarmen. Wij verwerpen beide formules, die gebaseerd zijn op dezelfde alter-imperialistische logica. We kunnen en moeten ons opstellen tegen zowel het NAVO- als het Russische imperialisme en ons scharen achter de slachtoffers van hun agressie, of dat nu Cuba, Venezuela of Oekraïne is.
Ook de oproep om de militaire hulp stop te zetten om de oorlog te stoppen, ondanks de menselijke bedoelingen van veel mensen, ontwapent het Oekraïne in de praktijk tegen de Russische agressie. Het speelt Poetin in de kaart. Het betekent vrede ten koste van Oekraïense capitulatie. Als de VS Cuba of Venezuela zouden binnenvallen, zouden we dan proberen hen te ontwapenen om een einde aan de oorlog te maken? Natuurlijk zouden we campagne voeren voor het beëindigen van de Amerikaanse agressie, terwijl we hopen dat Cuba of Venezuela zichzelf bewapenen om zo goed mogelijk weerstand te bieden, met behulp van alle bronnen die ze tot hun beschikking hebben, hoe onsmakelijk ook. Hetzelfde standpunt moeten we innemen met betrekking tot Oekraïne en de Russische agressie.
Soms wordt de opkomst van China en Rusland als rivalen van het Amerikaanse imperialisme voorgesteld als de opkomst van een multipolaire wereld, niet langer onder de duim van de laatste. Maar de tegenstelling unipolair en multipolair is te abstract. We moeten ons afvragen: wat voor soort ‘multipolariteit’ kristalliseert zich in de wereld van vandaag? We moeten ons herinneren dat de wereldorde die de eerste en tweede wereldoorlog voortbracht een multipolaire wereld was. Met andere woorden, een wereld van inter-imperialistische conflicten is een multipolaire wereld. In zo’n wereld is het niet de rol van links om de opkomst van multipolariteit toe te juichen of te vieren, gezien de consolidatie van nieuwe concurrerende imperialistische projecten, maar eerder om zich duidelijk te positioneren tegen al zulke projecten.
Onlangs kwamen we het argument tegen dat ‘wat je ook denkt over Oekraïne, in Afrika vecht Rusland tegen het imperialisme’. De vooronderstelling hier is dat iedereen die botst of in spanning staat met het Westerse imperialisme anti-imperialistisch is. Opnieuw is het voorbeeld van het Japanse imperialisme illustratief. In de jaren 1930 botste en vocht het tegen het Westerse imperialisme in Indochina, Indonesië, de Filippijnen, et cetera? Ja. Was het imperialisme aan het bestrijden? Nee: het bevorderde zijn eigen imperialistische project. Met andere woorden, rivaliserende imperialisten botsen met elkaar en het feit dat Rusland botst met het Westerse imperialisme maakt het niet minder imperialistisch.
Imperialistische machten verfraaien hun plannen gewoonlijk met verwijzing naar bewonderenswaardige idealen. Het imperialisme van de VS en de NAVO handelen in naam van vrijheid en democratie en, meer recent, van antiterrorisme en zelfs vrouwenrechten. Links doet deze verklaringen terecht af als de misleidingen die ze zijn. Het probeert de grimmige realiteiten aan te tonen die ze verbergen. Maar dat geldt net zo goed voor de nieuwe imperialistische projecten. Ze zullen spreken in termen van multipolariteit, samenwerking, anti-hegemonisme, enzovoort (het Japanse imperialisme presenteerde zijn imperium in de Stille Oceaan ooit als een ‘gezamenlijke welvaartsfeer’). Ze zullen hun ontkenning van democratische rechten rechtvaardigen als een soevereine daad of als een alternatief voor de gedegenereerde of decadente westerse cultuur en elke kritiek afkeuren als een buitenlandse interventie of als eurocentrisme. Links moet deze retoriek ook doorzien en anderen leren haar te doorzien. Anders wordt links verleid van anti-imperialisme tot alter-imperialisme, terwijl het de ideologische rechtvaardigingen van het ene of andere imperialistische kamp omarmt.
Op dezelfde manier moeten we begrippen als de ‘Aziatische’ bronnen van het Russische imperialisme, tegenover de ‘Europese’ democratische waarden, verwerpen (hier zijn veel variaties op). Er is weinig typerender voor Europa dan imperialisme, dat deel uitmaakt van de Europese ontwikkeling sinds de opkomst van het kapitalisme. Het hedendaagse Russische imperialisme is niet minder kapitalistisch dan zijn tsaristische voorganger (beide met diverse niet-kapitalistische elementen) en zijn huidige rivalen: zijn wortels zijn kapitalistisch, niet ‘Aziatisch’.
Het is een feit dat inter-imperialistische conflicten enige manoeuvreerruimte creëren voor niet-imperialistische landen in het Zuiden die concessies willen van de grootmachten. Het is legitiem om de ene mogendheid tegen de andere uit te spelen, te streven naar meer hulp, betere handelsafspraken, kwijtschelding van schulden, enzovoort. Maar vaak gaan regeringen verder en nemen ze het perspectief, de oriëntatie of de politiek van hun naaste imperialistische bondgenoot over, of dat nu het imperialisme van de VS of dat van Rusland is. Anti-imperialisten moeten hen niet op dat pad volgen als ze willen voorkomen dat ze afglijden naar alter-imperialisme.
In de huidige context is het gemakkelijk om in een eenzijdig perspectief te vervallen. Geconfronteerd met de agressie, militaire opbouw en propaganda van de VS en de NAVO (bijvoorbeeld in Latijns-Amerika), is het makkelijk om de noodzaak om het Russische en Chinese imperialisme te confronteren of de noodzaak om het Oekraïense verzet te steunen uit het oog te verliezen. Geconfronteerd met Russische agressie is het makkelijk om uit het oog te verliezen dat we ons moeten verzetten tegen het NAVO-imperialisme. Een internationalistisch links moet een perspectief bieden dat de strijd tegen alle imperialistische kampen integreert en tegelijkertijd het recht van volkeren op zelfbeschikking en de strijd van de uitgebuitenen en onderdrukten in alle staten en naties verdedigt, ook in die landen die onder imperialistische aanvallen staan.
Dat is het perspectief dat we in deze tekst hebben geprobeerd te presenteren, een perspectief dat progressieven die op verschillende fronten strijden kan samenbrengen: degenen die de strijd van de arbeidersklasse in West-Europa voeren, degenen die rechtstreeks de confrontatie aangaan met het imperialisme van de VS en de NAVO in het Zuiden van de wereld, degenen die strijden tegen het kapitalistische autoritarisme van Poetin in Rusland, en zich dus verzetten tegen de Russische agressie in Oekraïne, terwijl ze strijden voor een democratische transformatie van hun eigen land (tegen de reactionaire krachten daarbinnen). Dit is geen programma, maar slechts een algemeen kader. Het moet ontwikkeld worden door de deelnemers aan al die gevechten. Maar het kan een gedeeld uitgangspunt zijn.
Rafael Barnabe is historicus, socioloog en lid van de Puerto Ricaanse afdeling van de 4e Internationale. Hij is verkozen in de Puerto Ricaanse Senaat namens de linkse partij Movimiento Victoria Ciudadana.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op New Politics, Nederlandse vertaling: redactie Grenzeloos.