Vervroegde verkiezingen

Tot een paar maanden geleden was ik de mening toegedaan dat Erdogan opnieuw een makkelijke verkiezingsoverwinning zou behalen. Hij was er immers in geslaagd om via de inval in Afrin het Turkse nationalisme aan te wakkeren, nog sterker de media te controleren en de kieswetgeving in zijn voordeel aan te passen. De oppositie leek hopeloos verdeeld en door vervroegde verkiezingen uit te roepen, leek zijn broodje gebakken.

Maar de economie blijft hem parten spelen. De werkloosheid en de inflatie bleven torenhoog, terwijl de Turkse lira weerom in vrije val geraakte. De maatregelen van de Turkse Centrale Bank (verhoging van de werkelijke rente) en meer liquiditeit op de geldmarkten, konden deze val niet stoppen. Ter informatie: toen de Turkse Centrale Bank op 7 mei de bovenlimiet van wisselverrichtingen voor de banken verlaagde van 55 naar 45% (een injectie van 2,2 miljard dollar) won de Turkse lira – je gelooft het nooit – 0,01 lira (van 4,27 tl voor een dollar naar 4,26 tl voor een dollar).

Daarom werd een ‘noodmeeting’ belegd in het Witte Paleis, waar beslist werd om de val van de Turkse lira te stoppen, investeringen aan te trekken en de stabiliteit te herstellen. Mooie woorden, maar hoe zich dat concreet moet vertalen blijft totaal onduidelijk. De enige concrete maatregel tot nu toe is zwart geld dat in het buitenland zit, via een witwasoperatie, terug in de economie te pompen.

Maar uit de cijfers van TUIK (Turks Instituut voor de Statistiek) blijkt dat steeds meer geld aan de Turkse economie wordt onttrokken en wegvloeit naar het buitenland. Tegelijk zetten steeds meer Turken hun geld om in dollars en euro’s. Dat is de harde realiteit. Een paar jaar geleden riep de president op om euro’s en dollars om te zetten in Turkse lira, de terugval zou immers ’tijdelijk’ zijn en winst was gegarandeerd. Diegenen die dit hebben gedaan zijn serieus gesjost en hebben gegarandeerd zware verliezen geleden!

Of de ’truuk’ om de gepensioneerden éénmalig een extra cheque toe te kennen (van twee keer duizend lira) wat staat voor een kost van 5,6 miljard euro, geld dat er niet is, stemmen zal opleveren, blijft nog de vraag. De gepensioneerden hebben immers geen welvaartsvaste pensioenen en voelen de gedaalde koopkracht sterk in hun portefeuille.

In zijn presidentieel programma belooft de president dat alles in orde zal komen, maar of de impact van zijn woorden de kiezers zal overtuigen blijft open. Immers, het is een kopie van zijn vorige presidentiële programma en daar is weinig of niks van terechtgekomen.

Gül

Binnen de oppositie waren er stemmen (vooral van de kleine SP, een nakomelingetje van de Refah partij waaruit ook de AKP is ontstaan) om Gül, de voormalige president, als gemeenschappelijke kandidaat naar voren te schuiven.

Gül mag dan al staan voor de ‘zachtere’ aanpak, als president heeft hij nooit wezenlijk oppositie gevoerd tegen Erdogan en na een bezoek van de stafschef van het leger en Kalin, de woordvoerder van Erdogan, gaf hij te kennen geen kandidaat te zijn voor het presidentsschap.

En misschien is dat maar best ook, zeker na het debacle van de vorige presidentsverkiezingen waar CHP en MHP de kandidatuur steunden van Insanoglu, een conservatieve moslim, die nu, het kan verkeren (om het met de woorden van Bredero te zeggen), volop Erdogan als presidentskandidaat steunt!

Daarom schuiven alle oppositiepartijen hun eigen kandidaat naar voren. En elk van die kandidaten houdt gevaar in voor de AKP-stemmen.

Muharrem Ince (CHP)

De CHP stelt Muharrem Ince voor als kandidaat. In feite was hij altijd de uitdager van Kilicdaroglu als voorzitter van de CHP, maar hij bleef steeds loyaal. Daarom is er nu al een nieuw gezegde in Turkije, een ‘Kilicdarogluken doen’, dat wil zeggen, je sterkste tegenstander (als presidentskandidaat van je partij) steunen en naar voren schuiven.

Ince is Sunni, op zijn eerste meeting in zijn kiesdistrict Yalova, begon hij zijn speech met de vraag voor gelijke rechten voor de Alevieten. Dit is toch wel tekenend. Alevieten stemmen meestal links (CHP, HDP en klein links), maar Ince beloofde een hervorming van het Directoraat voor Religieuze Zaken en totale gelijkberechtiging. Dat staat allemaal wel in het programma van de CHP, maar Kilicdaroglu (zelf Aleviet) was daar veel voorzichtiger in.

Belangrijk is ook dat hij (net als CHP parlementsleden Tanrikulu, Böke, Erdem en Yarkadas) opriep Demirtas (voormalig voorzitter van de HDP) onmiddellijk vrij te laten. Deze andere CHP-parlementairen staan bekend als de ‘linkervleugel’ van de CHP.

Hij ontmoette ook de andere presidentskandidaten, waaronder Erdogan. Maar tegelijk bezocht hij Demirtas in de gevangenis. Hoewel hij enigszins vaag blijft over de oplossing van de Koerdische kwestie (hij sprak vooral van investeringen in de regio) spreekt hij zich duidelijk uit voor dialoog en wil hij, als hij verkozen is, de kwestie oplossen. In een tijd waar het Turks nationalisme hoogtij viert, is dit een positief signaal.

Hij verzet zich tegen het presidentiële systeem, wil een herstel van de rechtsstaat en pleit voor dialoog en verzoening. Opvallend, hij schreeuwt niet (iets wat niet van andere kandidaten gezegd kan worden) maar is toch charismatisch (niet te onderschatten in een land als Turkije).

Zijn verkiezingsmeetings werden echter door de TRT niet uitgezonden, voor de zoveelste keer blijkt dat deze overheidszender een AKP-vehikel is geworden. Hiertegen werd klacht ingediend.

Of Muharrem Ince veel van het AKP-electoraat zal afsnoepen, ik weet het niet. Maar moest het tot een tweede ronde komen in de presidentsverkiezingen, dan zou hij wel eens een deel van de Koerdische stemmen kunnen krijgen, als hij tenminste het tweede meeste stemmen haalt. Dat is niet onbelangrijk.

Meral Aksener (Iyi Parti)

Zij staat bekend als een politica van de harde conservatieve lijn. Politiek is zij (laat ons daarover geen illusies maken) een grijze wolf met scherpe tanden. Volgens de peilingen (voor wat die waard zijn) groeit haar aanhang gestaag en zij zou zeker een hap kunnen nemen uit het kiezerspubliek van de AKP en de MHP. De Koerden kennen haar (voor het AKP-tijdperk) als Ijzeren Dame tegenover de Koerdische kwestie (toen was ze minister van Binnenlandse Zaken). Maar ze is een populiste. Eén van haar programmapunten is een totale schuldherschikking (en gedeeltelijke overname) van de schulden van de consumenten.

Nu zitten 4,5 miljoen mensen gebonden aan leningen, een groot deel van hen kan deze schulden niet afbetalen. Je kan me geloven of niet, maar dat ligt heel gevoelig! Net als de andere oppositiepartijen pleit zij voor een terugkeer naar het parlementaire systeem. Voor conservatieve AKP-ers heeft zij zeker geloofwaardigheid, in haar partij zit de vroegere voorzitter van de Turkse Centrale Bank. Daarnaast zal zij veel stemmen afnemen van de MHP, omdat Bahceli zijn geloofwaardigheid serieus is verloren door zijn politieke lot te koppepelen aan dat van Erdogan.

Temel Karamollaoglu (Saadet Partisi)

Toen de (vroegere) Refah partij (ze heeft ook andere namen gehad) splitte, kreeg je een ‘conservatieve’ en een meer ‘hervormingsgezinde’ vleugel. De hervormingsgezinde vleugel was de AKP (al is van dat hervormen weinig over gebleven) en de conservatieve vleugel richtte de SP (Saadet Partisi) op. Behoudens in enkele conservatieve streken verloor de SP enorm aan invloed en werd zo goed als onbetekend.

In de negentiger jaren waren het echter de conservatieve islamisten die door een ‘links’ programma zowel veel steun uit de gececondus (krottenwijken) als van arbeiders kregen. De SP was een stille dood bezworen, zeker nadat haar voorzitter Kurtulmus overstapte naar de AKP en vice premier werd. Maar de SP is uit haar as verrezen.

Als conservatieven leveren zij (terecht overigens) serieuze kritiek op de AKP, op de binding tussen de AKP en het groot kapitaal, over de niet ingevulde beloftes van de AKP. Erdogan, die te pas en ten onpas, godsdienst gebruikt om zijn positie te versterken, wordt hier geconfronteerd met een ‘conservatieve’ oppositie uit zijn eigen hoek.

De ‘anti-kapitalistische’ moslims (die tijdens de Gezi protesten actief mee betoogden) zijn daar een voorbeeld van. Overigens, schakel ze niet gelijk met de SP.

De SP stelt zich frontaal tegenover het presidentiële systeem, pleit voor democratische rechten (overigens ook arbeidsrechten) en klaagt de corruptie aan. Hun nieuwe partijvoorzitter komt goed over, zeker bij conservatieve lagen van de bevolking, en wint aan aanhang. Deze partij zal zeker knabbelen aan het electoraat van de AKP, ook in de gececondus, waar zij nog steeds beschikken over netwerken.

Dogu Perincek (Vatan Partisi)

Perincek, een heel gevaarlijke figuur, voorheen een maoist, later steun aan de PKK, daarna ultranationalistisch, behoort mijn inziens tot de diepe staat. Onder een socialistisch vernislaagje, is hij een ultranationalist geworden, die op bepaalde momenten zelfs Erdogan steunde. Voorheen was de naam van zijn partij IP (ISCI PARTISI) maar hij heeft dit omgevormd naar VP (nationale partij). Zij hebben een kleine aanhang, zijn heel sectair en noemen zich ‘nationaal socialisten’. Een walgelijke combinatie van nationalisme en socialisme.

Bahceli (MHP)

Extreem rechts was altijd een factor van betekenis in de Turkse politiek. De MHP is een Turkse ultra nationalistische partij, die ik (ik gebruik dat woord niet dikwijls) bestempel als een fascistische partij. Zij streefde telkens naar een ‘Groot Turkije’ en had haar eigen milities, de Grijze Wolven.

Deze partij erkent de ‘klassenstrijd’ niet, daarom is links dé grote vijand. Alles wordt beschreven vanuit een ‘volk, bloed en bodem’ theorie. Dit gekruid met een islamitisch sausje. In de zestig en zeventig jaren stuurden zij hun milities (de Grijze Wolven) af op de studenten- en arbeidersbeweging. Alevieten en linkse militanten werden door dit krapul vermoord (ik denk aan Maras, ik denk aan Sivas). Daarbij werd zelfs geen onderscheid gemaakt tussen mannen, vrouwen en kinderen. Deze milities maakten deel uit van de ‘diepe staat’ en bleven straffeloos hun terreurdaden uitoefenen.

Na de staatsgreep bevochten zij verder de minderheden. Dit keer hadden zij het makkelijk, als zij de linkerzijde bevochten, zweeg de militaire dictatuur (na de staatsgreep van 1980) en als zij bij het opkomen van de PKK de Koerden bevochten, bleven zij eveneens ongestraft.

De autoritaire staatsstructuur van Turkije heeft telkens ruimte geboden voor fascistisch krapuul, dat zat verzameld in de MHP (hun naam is intussen verschillende keren veranderd) maar dikwijls maakten zij deel uit van coalitieregeringen waar zij hun invloed konden uitoefenen.

De Grijze Wolven zijn nooit als militie verboden! Ze bestaan nog steeds en hebben hun invloed in het buitenland (waar helaas een aantal Belgische Turkse politici hun met hun aanwezigheid vereren, onder hen ‘socialisten’, laat me toe daar een serieus vraagteken bij te plaatsen!). Overigens, los van een politieke partij, een Belgisch politicus, die naar bijeenkomsten van deze organisatie gaat, verbindt zich, gewild of niet, met het Turkse fascisme.

Alparslan Turkes was de grondlegger van de Grijze Wolven en de (latere) MHP. Na zijn dood werd hij opgevolgd door Bahceli. In tegenstelling tot Turkes was hij geen sterke leider, en zijn opportunistische politiek werd weinig gesmaakt door de harde kern. Hoewel de MHP telkens voor een ‘sterk autoritaire samenleving’ stond, verbond Bahceli zijn lot aan dat van Erdogan. Daarvoor verbrak hij zelf de regels die zijn eigen partij had opgesteld.

Dat hij hierdoor zijn eigen partij de verdommenis in hielp, interesseerde hem niet. Feit is, de man heeft geen vertrouwen meer van een groot deel van zijn leden. Hij probeerde nog eventjes een ballonnetje op te laten om de kiesdrempel te verlagen, maar boog daarna voor Erdogan. Enkel via de kiesalliantie met Erdogan zal de MHP nog vertegenwoordigd zijn in het parlement. Want de kiesdrempel zouden zij (waarschijnlijk) nooit meer overschrijden.

Toen Erdogan Koerdische steden in Turkije vernietigde en binnenviel in Afrin, juichte dit fascistisch krapul.

De BBP (Grote Eenheidspartij)

Net als de MHP is de BBP een fascistische partij die een groot Turkije voorstaat. Hun jongerenorganisatie werkt nauw samen met de jongerenorganisatie van de MHP en de AKP. Deze partij heeft een fobie voor alles wat progressief is. De voorbije jaren hebben zij telkens gedreigd de pride-parades aan te vallen (de regering volgde door ze te verbieden) en ook tegenover alles wat links en progressief is, reageren zij. Ook zij (ze hebben één onafhankelijke gekozene in Sivas) steunen Erdogan als presidentskandidaat.

Recep Tayyip Erdogan (AKP-MHP-BBP)

Drie partijen steunen de aftredende president, de AKP, de MHP en de BBP. Eerlijk gezegd, het is een alliantie van de AKP met twee fascistische partijen. Behoudens aan de Egeïsche en een deel van de Middelandse Zeekust, is de AKP er de tweede grootste partij, en ook in de Koerdisch etnische gebieden is de AKP de tweede grootste partij, in de rest van het land is zij overal de grootste partij.

Deze alliantie is echter niet gedragen door de AKP-basis. Zelfs in Centraal Anatolie, waar de AKP absolute meerderheden behaalt, is er weerstand tegen een samenwerking met ‘fascistische’ partijen, om over de Koerdische provincies maar te zwijgen. Het grootste probleem ligt in de Koerdische provincies (weet je, dit woord mag je zelfs niet meer gebruiken in het Turkse parlement, door een wetswijziging) waar de invloed van de ‘clans’ nog steeds sterk is.

Als deze ‘clans’ oproepen HDP te stemmen (en na de reacties van de Turkse staat op het onafhankelijkheidsreferendum in de Koerdisch Autonome Regio) en de inval in Afrin, ziet het ernaar uit dat de AKP wel eens veel stemmen zou kunnen verliezen. Hun samengaan met MHP en BBP, Koerdenhaters, ultra-nationalisten, zou dit verlies nog kunnen versterken.

In de kuststreken zou de IYI partij wel eens veel stemmen kunnen afsnoepen van de MHP, waardoor het aantal stemmen voor Erdogan wel zou kunnen dalen. In centraal Anatolie, voorheen een onaanvechtbaar bastion van de AKP, zou de SP en de IYI parti, wel eens een serieuze hap kunnen nemen.

De foute gok van de AKP

Als, en we hebben het hier over de presidentsverkiezingen, de AKP in de eerste ronde de absolute meerderheid niet behaalt, dan is dit een zware nederlaag voor Erdogan. Er zal, wees gerust, zeker fraude worden gepleegd, die is immers gelegitimeerd door de wijzigingen aan de kieswetgeving, maar als Erdogan naar een tweede ronde moet gaan, dan stuikt het kaartenhuisje in elkaar.

Los daarvan komt de economische crisis er aan!

De kiesallianties

Er zijn er drie, of liever gezegd, twee, want niemand wil een kiesalliantie aangaan met de HDP. De eerste kiesalliantie is die van de regerende AKP, met de MHP en de BBP. Heb daar voldoende over geschreven. De tweede kiesalliantie is tussen de CHP-IYI-SP en DP. De AKP zal het nooit gedacht hebben, uitgaande van het kiessysteem d’Hondt (was helaas een Belg), maar in sommige regio’s zou dat wel eens voor verrassende resultaten kunnen leiden.

De HDP

Wie alleen staat is de HDP, maar goed, de meeste stemmen haalt zij uit de Koerdische provincies, en dit keer is haar grootste ’tegenstander’, de AKP, gelieerd met partijen die zelfs het woord Koerd niet over hun lippen kunnen krijgen. Misschien verliest de HDP door de kiesallianties sommige zetels in het Westen, ze zal er (bij eerlijke verkiezingen tenminste) bij winnen in de Koerdische provincies.

Tamam, tamam, tamam…

Je mag nooit het vel verkopen voor de beer is geschoten, maar toen de president stelde dat hij zou aftreden als het volk in Turkije het genoeg vond (Tamam betekent ‘genoeg’) schoten de sociale media in actie. Op twee dagen tijd waren er bijna twee miljoen posts op Twitter (89 procent uit Turkije).

De AKP lanceerde toen hun campagne Devam (Ga door) maar haalde slechts 600.000 tweets. Daarna werden al diegenen die ‘Tamam’ op hun Twitter zetten afgeschilderd als Gülenisten en PKK-ers. Toch wel een beetje laag bij de grond, maar van de AKP zijn we dat gewend. Net zoals Hayir (Neen) bij het referendum over het presidentieel een tag was geworden, is het nu Tamam.

Tamam, taman, weg met Erdogan!