Het pact tussen Trump en Poetin heeft als doel Europa te verdelen en autoritaire, austeritaire, reactionaire en oorlogszuchtige regimes op te leggen in hun respectievelijke invloedszones.

Op korte termijn omvat dit plan het verpletteren van het Oekraïense volk in het oosten en het steunen van de extreemrechtse Trumpistische, nationalistische en soevereinistische partijen in het westen. Zowel Trump als Poetin zetten in op de versplintering van de samenleving en het uiteenvallen van Europa.

Bovendien hebben de twee despoten hun eigen agenda’s: Rusland scheiden van China voor de één, Rusland herstellen naar de grenzen van het tsarenrijk voor de ander. Net als bij het pact tussen Hitler en Stalin om Polen te verdelen, zijn er waarschijnlijk omkeringen mogelijk, afhankelijk van de machtsverhoudingen, met in het verschiet nieuwe oorlogsdreigingen.

Hoe het ook zij, het pact tussen Trump en Poetin brengt het naoorlogse burgerlijke project al in een diepe crisis: de opbouw van een ultraliberale Europese Unie, de bevoorrechte bondgenoot van het Amerikaanse imperialisme en de Europese pijler van de NAVO. Op deze manier probeerde de Europese bourgeoisie zichzelf te vestigen als een belangrijke hoofdrolspeler in de concurrerende strijd om de kapitalistische hegemonie in de wereld.

Nu haar project failliet dreigt te gaan, probeert de Europese heersende klasse met een antwoord te komen dat nog nauwer aansluit bij de belangen van het grootkapitaal. Het Moskou-Washington pact wordt gebruikt als een versneller: hermilitarisering op volle toeren, meer bezuinigingen, meer cadeautjes aan de bazen, vraagtekens bij de zeer ontoereikende ecologische maatregelen, verharding van het schandelijke beleid van het ‘terugduwen’ (pushback) van migranten… En niet te vergeten de knieval voor Trump, in de hoop te kunnen delen in de Oekraïense taart van de “wederopbouw”.

Als het erop aankomt het Oekraïense volk de middelen te geven die het nodig heeft voor zijn legitieme verdediging, aarzelen de Europese regeringen. Als het aankomt op het produceren van wapens voor een “machtig Europa”, stoppen ze voor niets. Het dogma van een evenwichtige begroting is opeens niet meer van toepassing… behalve om de bezuinigingen, onderdrukking van vrijheden en ecologische vernietiging, die onverminderd doorgaan, te “rechtvaardigen”.

De “verdediging van Oekraïne” wordt als voorwendsel gebruikt. In werkelijkheid zetten de EU-leiders al drie jaar een rem op de steun aan Kiev. Aan de ene kant verzet het Oekraïense volk zich ondanks alles heldhaftig. Aan de andere kant is Rusland uitgeput door zijn enorme verliezen aan manschappen en materieel. Als Oekraïne valt, komen Moldavië en Georgië in het vizier. Maar afgezien daarvan zet Poetin in op politieke afbraak in plaats van militaire verovering om zijn invloed te vergroten. Het idee dat zijn legers zich voorbereiden om het westelijke deel van het continent te veroveren is een manipulatie.

Onder de huidige omstandigheden zouden de beschikbaarstelling door de EU van haar bestaande militaire middelen, de kwijtschelding van de Oekraïense schuld, de overdracht aan Kiev van de 200 miljard aan bevroren Russische fondsen, een speciale heffing op grote vermogens, de steun van het maatschappelijk middenveld en een enorme internationalistische massamobilisatie voor democratie en vrede (door de ontbinding van alle militaire blokken en respect voor grenzen) de mogelijkheid creëren om het neofascisme van Poetin te destabiliseren. Daardoor zou er een andere toekomst voor het continent en voor de wereld opengaan.

In ieder geval valt er niets te verwachten van een ondemocratische Europese Unie, die Netanyahu’s genocidale oorlog tegen het Palestijnse volk steunt, elk jaar de dood van duizenden migranten op zee veroorzaakt, de perifere landen ongelijke handel oplegt en zichzelf definieert als “een open markteconomie met vrije concurrentie”. Het “defensiebeleid” van deze EU kan alleen maar een beleid zijn ter verdediging van de kapitalistische belangen, ten koste van arbeiders, jongeren, vrouwen, onderdrukte volkeren en de planeet.

Als de volkeren van het oude continent hun eigen gemeenschappelijke geschiedenis willen bepalen, hebben ze geen andere keuze dan hun sociale bewegingen en vakbonden te verenigen in de strijd voor een ander soort Europa – een democratisch, sociaal, open, genereus, ecosocialistisch Europa.

  • Een Europa dat het grootkapitaal een halt toeroept door de financiële sector, de energiesector, de wapenindustrie en andere belangrijke sectoren te socialiseren;
  • Een Europa dat lonen verhoogt, sociale zekerheid ontwikkelt, openbare diensten versterkt, ongelijkheid bestrijdt en armoede uitbant;
  • Een Europa dat het geld haalt waar het zit om een ecologische transitie te financieren die de naam waardig is, zonder fossiele brandstoffen, kernenergie, tovenaarsleerling technologieën of agribusiness;
  • Een Europa dat de schulden van de zuidelijke landen kwijtscheldt, neokoloniale plundering afzweert en de ontdekkingen deelt die essentieel zijn voor het koolstofvrij maken van de economie;
  • Een Europa waarin de arbeidersklasse in hart en nieren zal zorgen voor haar eigen verdediging in geval van nood, waar de dienstplicht in de plaats komt van de beroepslegers.

De weg naar de stichting van dit Europa is een politieke weg: de strijd tegen nationale terugplooiïng en mobilisatie voor de verkiezing van een Europese grondwetgevende vergadering.

De situatie is urgent. Europa en de wereld staan op het kruispunt van de geschiedenis. Democratische en sociale rechten zijn in de 19e en 20e eeuw in Europa ontstaan uit de strijd van de arbeiders tegen de kapitalistische uitbuiting. Hun toekomst staat op het spel op een planeet die in brand staat en waarvan despoten dromen om haar te onderwerpen aan het onbeperkte dictaat van het Kapitaal.