De regering Wilmès vergadert over de toekomst, over welke regels er zullen gelden de volgende weken, dat is tenminste de officiële bedoeling. Maar in feite gaat het vooral over hoe men de eisen van het bedrijfsleven kan verzoenen met het voorzichtige advies van de verschillende gezondheidsexperts inzake een “exit uit de lockdown”. En precies op dit moment duikt er een nieuwe mondmasker-affaire op.

Mondmaskers

Op dinsdag 14 april kondigt minister Philippe De Backer aan dat de federale regering aan twee bedrijven gevraagd heeft chirurgische mondmaskers en de speciale FFP2 maskers te produceren. Het zijn ECA uit Assenede in Oost-Vlaanderen en de firma Van Heurck die beschermende werkkledij maakt en waarvan de sociale zetel en Research & Development-afdeling in Antwerpen gelegen zijn.

Maar dan! De dag daarna bevestigt het eerste bedrijf ECA in De Standaard dat het onmogelijk is die maskers snel in productie te brengen. “ Er is nog geen enkele machine gearriveerd. Het grootste probleem is bovendien het vinden van voldoende grondstoffen en onderdelen.” (…) “ Tot wanneer dit lukt, blijven we afhankelijk van bevoorrading uit het buitenland verklaart de directeur-generaal van het bedrijf. Volgt minister Philippe De Backer de weg van minister De Block die eerst beweerde dat alles onder controle was en daarna het fiasco moest toegeven?

Maar dit schandaal heeft nog een bredere draagwijdte. Ook de firma Van Heurck is niet in staat maskers te produceren. Het bedrijf dat in Deurne gevestigd is en “opgericht in 1920” werkt volgens hun site “met 20 personen in België en 500 mensen in de zusteronderneming in Tunesië”. In de zetel in Deurne gebeurt voornamelijk het administratieve en commerciële werk en de research. Het is dus interessant te kijken naar de productie eenheid in Tunesië. De maatschappij Apparel@Work is gevestigd in Tebouba nabij Monastir. Het kapitaal is 100% Belgisch, de lokale vestiging wordt geleid door een lid van de familie Van Heurck.

Het bijzondere van dit soort bedrijven in Tunesië is dat, wanneer ze volledig op de export gericht zijn, ze van een rits voordelen genieten die werden onderhandeld onder het regime van de dictatuur van Ben Ali in het kader van akkoorden tussen Tunesië en de E.U. Voordelen zoals een tussenkomst van de staat in de loonkost waaronder “de patronale bijdrage aan het wettelijk systeem van sociale zekerheid” en “een percentage van de lonen aan de Tunesische bedienden afhankelijk van het niveau van omkadering”.(1)

Met andere woorden, de productie gebeurt in Tunesië (waar er een groot tekort is aan maskers en het land gebukt gaat onder schandalig hoge schulden), de belastingen van de Tunesiërs doen de kostprijs van de maskers dalen maar de vraag is dan wie dit verschil op zak steekt. Dit voorbeeld toont opnieuw dat de uitbuiting van de werknemers/werkneemsters in het Noorden en het beroven van de economie van het Zuiden, de twee keerzijden zijn van hetzelfde immorele systeem.

Wat met de verdovingsmiddelen?

Er is momenteel een tekort aan verdovingsmiddelen. Zonder die geneesmiddelen kan de patiënt aan de beademingsmachine niet slapen. Wanneer men niet ‘verdoofd’ is, is het inademen van de lucht die in de longen wordt geduwd, ondraaglijk. Ik heb sedativa nodig om de mensen te verzorgen.” Dat verklaarde de voorzitter van de Belgische vereniging van artsensyndicaten, Philippe Devos woensdag 15 april op RTL.

Hij voegt er aan toe “de verdeling is het probleem”. Hij krijgt met mondjesmaat verdovingsmiddelen. “Men levert mij genoeg voor 7 dagen en dan zegt men ‘na die 7 dagen zullen we je zeggen of er nog zijn’. Nu hebben we nog een kleine voorraad tot donderdag en we weten nog steeds niet of er overmorgen geleverd wordt.”

Hij gaat nog verder, volgens hem zijn er meerdere hospitalen aan wie de regering gezegd heeft: “we hebben geen geneesmiddelen meer voor mensen, we gaan dus geneesmiddelen voor honden en katten leveren. Maak je geen zorgen, we hebben dat uitgetest, het zou moeten werken.”(2)

Het probleem van de bevoorrading van ziekenhuizen is niet nieuw. In september 2018 werd het al door de apothekers aangeklaagd. Maar noch het kabinet van minister De Block, noch het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten hebben een gepaste oplossing gevonden voor de huidige toestand.

Zoals elders in Europa, zijn het in België groothandels en verdelers die de taak hebben geneesmiddelen en gezondheidsproducten aan apothekers en ziekenhuizen te leveren. Op papier is het traject van een geneesmiddel en een gezondheidsproduct nochtans eenvoudig. Een farmaceutisch laboratorium produceert geneesmiddelen en andere zaken naargelang de jaarlijkse of uitzonderlijke behoeften. Ze leveren aan groothandels en verdelers die het naar ziekenhuizen en apotheken brengen.

Maar in werkelijkheid is het niet zo simpel omdat de groothandels, vooraleer aan hun klanten te leveren, per product de wereldvraag analyseren. Ze zoeken voor welke producten men in bepaalde gebieden bereid is een hoge prijs te betalen. Waar de vraag groot is, daar stijgt natuurlijk ook de prijs. Hierdoor kunnen verdelers-groothandelaars extra winsten boeken die veel hoger zijn dan op de Belgische markt De farmaceutische bedrijven kunnen dus niet op de binnenlandse vraag in België antwoorden wanneer hun producten in het buitenland terecht komen.

Dit is precies de wereld die gericht is op winst waarover we het al gehad hebben. De regering zegt dat ze alles onder controle heeft… Wie houdt men hier voor de gek?

 

Voetnoten

  1. Wet n° 2016-71 van 30 september 2016, over investeringen, met name artikel 19 paragraaf
  2. Zie https://www.dhnet.be/actu/belgique/philippe-devos-peste-contre-le-gouvernement-ils-nous-ont-dit-de-donner-des-medicaments-pour-chiens-et-chats-5e96c5a4d8ad584f6e0dd759))